Op Gerardusschool bieden wij volop ruimte aan kinderen om zich te ontwikkelen in een natuurrijke en veilige leeromgeving, sterk verbonden met de dorpsgemeenschap.
Samenwerken
Vertrouwen
Zelfstandig
Ruimte
Knap
Nieuwsgierig
Keuzes maken
Op de Gerardusschool werken we samen vanuit motivatie en betrokkenheid in een groene en inspirerende leeromgeving.
Daarin zijn leerlingen mede-eigenaar van hun leerproces en kunnen ze zelfstandig werken aan vooropgestelde doelen en succescriteria.
Kwaliteiten van leerlingen, leerkrachten en ouders worden daarbij benut . Er wordt beredeneerd afgestemd op verschillen.
De kleine schoolorganisatie kenmerkt zich door flexibiliteit, synergie en samenwerking.
Vanuit de visie werken we aan een aantal componenten om zo onze koers en jaarplannen te kunnen bepalen en sturen.
Didactische ontwikkeling
We streven naar stabiele, didactische resultaten, passend bij de leerlingpopulatie. Voor de komende periode is het van belang dat de didactische opbrengsten vastgehouden worden en daar waar nodig nog verder aangescherpt worden. Gepersonaliseerd leren en "leren leren" gaan ons hierbij helpen.
Pedagogische ontwikkeling
We besteden op St Gerardus veel aandacht aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van een kind en de groep. Dit is verwerkt in ons aanbod in de basisgroepen en dit komt terug in kindgesprekken.
Leerkrachtvaardigheden
Voor de instructiemomenten gebruiken de leerkrachten het zes-fasen-model. Tijdens instructies wordt er nadrukkelijk aandacht besteed aan doelbepaling en oplossings-en aanpakstrategieën.
En verder:
Leiderschap
Het proces van borging dient te worden bewaakt. Het borgen door leerkrachten en het reflecterend vermogen van de collega’s dient versterkt te worden.
Vanuit de visie waarvoor we staan binnen wordt het team aangestuurd. We zijn als directie en team samen verantwoordelijk en mede eigenaar van de schoolontwikkeling.
De persoonlijke ontwikkeling van leerkrachten wordt gekoppeld aan de schoolontwikkeling.
We borgen de schoolontwikkeling middels een jaarplan, dit gebeurt procesgericht.
Door te sturen op de gezamenlijke verantwoording en de organisatie daarop te laten aansluiten voelt het team zich verantwoordelijk voor dat wat er gebeurt.
Samenwerking
Kinderen leren van, met en door elkaar; dit komt zoveel mogelijk tot uiting tijdens de werkplekken. Er zijn momenten dat kinderen zelfstandig de leerstof aan het verwerken zijn, maar zeker zoveel momenten dat ze met 2 of meer kinderen aan een opdracht werken.
Op teamniveau vindt veel samenwerking plaats. Leerkrachten zijn samen verantwoordelijk, waarbij er nog een overlap is tussen groepen. Verder zijn er gezamenlijke groepsbesprekingen, leerlingbesprekingen en bereiden we samen de groepsplannen en thema’s voor.
De samenwerking met ouders is belangrijk. We staan immers voor het zelfde doel, samen de ontwikkeling van het kind stimuleren, begeleiden en volgen. De ouders zijn hierin partner van de school.Zeker omdat er s[rake is van een kleine school, waarbij veel taken op een beperkt aantal teamleden terecht komen.
Ook op schoolniveau hebben we de samenwerking met ouders nodig. Via de MR en de oudervereniging kunnen ouders actief meedenken en meewerken aan de ontwikkeling van het onderwijs op onze school.
Ambities Excellent in leren leren | |||
---|---|---|---|
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel |
Ontwikkeling van routines en afspraken naar zelfregulatie en zelfstandigheid (leren leren) |
Alle leerlingen zijn eigenaar van de leerdoelen waaraan ze werken. Alle leerlingen zijn betrokken bij de lessen. |
2019 - 2023 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel |
Elke lesdag start met een inloopmoment (30 min). Leerlingen werken daarbij beredeneerd en zelfstandig aan leerdoelen. Leerkrachten benutten deze tijd voor (extra) ondersteuning, pre-teaching en verrijking |
Inloopmoment wordt dagelijks geëvalueerd. |
2019 - 2022 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel |
Taalonderwijs Alle leerlingen krijgen passend taalonderwijs op eenduidige en beredeneerde wijze. Het taalonderwijs is beschreven in een taalbeleidsplan ( in ontwikkeling), w.o.: Onderbouwing taaldomeinen. Methodes en remediëring Onderwijsplannen spelling, technisch lezen, begrijpend lezen, woordenschat |
Implementatie Taalkast in alle leerjaren, werkend vanuit de leerlijnen De onderwijsplannen zijn herkenbaar in de lespraktijk |
2019 - 2023 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel |
Rekenonderwijs Alle leerlingen krijgen passend rekenonderwijs op eenduidige en beredeneerde wijze. |
Het rekenonderwijs wordt uitgevoerd volgens het onderwijsplan rekenen, w.o.: Methode, remediëring en verrijking |
2019 - 2023 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel |
Signalering van en passend aanbod aan meer begaafde leerlingen middels DHH en vervolgstappen is geborgd. |
Voor alle leerlingen met behoefte aan meer uitdaging in hun onderwijsprogramma wordt een beredeneerd aanbod gerealiseerd. Het realiseren van een passend aanbod aan meer begaafde leerlingen is geïntegreerd in het basisaanbod binnen de groepen |
2019 - 2023 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad | ||
---|---|---|---|---|---|
Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel |
|
Het instrument FOCUS-PO is leidraad bij halfjaarlijkse evaluatiemomenten, middels een vast stappenplan. Deze werkwijze is geborgd in de organisatie |
2022 - 2024 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel |
Het team is vaardig in het analyseren van leeropbrengsten middels CITO LOVS |
3 trainingen op teamniveau |
2019 - 2020 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel |
Het vak Engels wordt in groep1 t/m 8 gegeven. De doorgaande lijn is beschreven en geborgd binnen het onderwijs |
Linda neemt hierin het voortouw. |
2020 - 2023 |
Ambities Gemeenschappelijk organiseren | |||
---|---|---|---|
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
Het team werkt groep overstijgend samen binnen de kleine schoolorganisatie |
Het passend onderwijs wordt vanuit één gezamenlijke planning georganiseerd. Daarbij hebben pre-teaching, instructie, remediëring en verrijking een structurele plek. |
Eén planningsdocument voor de hele school. Externe expert begeleidt het proces en is volgens een gepland rooster tijdens en buiten lestijd aanwezig om de leerkrachten te begeleiden. Samenwerking en synergie worden stapsgewijs opgebouwd en uitgebreid |
2019 - 2023 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Er wordt gewerkt vanuit mentorgroepen |
Leerkrachten zijn mentor van een groep leerlingen uit de leerjaren 1 tot en met 6 of uit de leerjaren 3 tot en met 8. Alle leerlingen werken vanuit een portfolio. Succescriteria: De voortgang van de ontwikkeling van alle leerlingen is in beeld. De lessen worden gezamenlijk voorbereid en geëvalueerd. Meerdere malen per week na lestijd vindt overleg plaats. Waarnemingen/observaties kunnen door alle leerkrachten in een gezamenlijk digitaal instrument worden geplaatst. Maandelijks vindt een leerlingbespreking plaats met het hele team en K.O. Mentor voert leergesprekken met de leerlingen en is eerste aanspreekpunt voor ouders en kwaliteitsondersteuner m b t onderwijsaanbod. |
Externe begeleiding is wekelijks op de werkplek aanwezigLeerlingen worden in mentorgroepen 1-6 en 3-8 ingedeeld, naar rato van werktijdfactor. De lessen worden gezamenlijk voorbereid en geëvalueerd. Dagelijks na lestijd vindt overleg plaats. Waarnemingen/observaties kunnen door alle leerkrachten in een gezamenlijk digitaal instrument worden geplaatst. Maandelijks vindt een leerlingbespreking plaats met het hele team en K.O. Mentor voert leergesprekken met de leerlingen en is eerste aanspreekpunt voor ouders en kwaliteitsondersteuner m b t onderwijsaanbod. |
2019 - 2023 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Efficiënte samenwerking tussen collega's en jaargroepen |
Het onderwijs wordt efficiënt vormgegeven middels overloop en cmbinaties van doelgerichte activiteiten tussen de leerjaren |
Per periode worden leerdoelen vastgesteld. pre-teaching, instructie, verrijking en remediëring zijn een structureel onderdeel van de planning. |
2019 - 2020 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Onderwijsgroep Weebosch (ouders en vrijwilligers) ondersteunen het team bij de voorbereiding en uitvoering van thematisch onderwijs |
Er is door samenwerking en periodieke evaluaties een werkwijze ontstaan en beschreven, die voor zowel de onderwijsgroep Weebosch als voor de leerkrachten verrijkend en ondersteunend is. het resultaat hiervan is een plannend en beredeneerd thematisch onderwijsaanbod. Aan de hand van de themaplanning verzorgt de onderwijsgroep Weebosch een eerste voorstel m b t aanbod zaakvakken, creatieve vakken, verkeer en burgerschap (één middag per week) Leerkrachten bewerken dit basisaanbod tot een passend aanbod voor alle leerlingen. Bij de uitvoering worden de leerkrachten ondersteund door de onderwijsgroep Webosch. Het onderwijsaanbod verbindt de school met de omgeving. |
Twee thema's worden voorbereid en in het schooljaar 2019 2020 uitgevoerd. Na tussenevaluatie beschrijving en evaluatie proces. |
2019 - 2021 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Ontwikkeling professioneel kapitaal |
De schoolorganisatie is ingericht op duurzame kwaliteitsontwikkeling: samen leren en ontwikkelen vanuit de lespraktijk: dit hoort bij de lerende cultuur van de schoolorganisatie. Door de ontwikkeling van het ‘professioneel kapitaal’ (omstandigheden creëren voor professionele dialoog, gezamenlijk stellen van doelen, waarnemingen uitwisselen en gezamenlijk betekenis geven, samen lessen voorbereiden, geven en evalueren) wordt een impuls gegeven aan duurzame kwaliteitsontwikkeling; |
Faciliteren van overlegmomenten. Ruimte maken in de jaarplanning om beredeneerde initiatieven te nemen, in de richting van het doel, die passend zijn bij de onderwijsdoelen en de populatie. |
2022 - 2023 |
Overige ambities | |||
---|---|---|---|
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
ICT vaardigheden |
ICT ondersteunt het onderwijs en het leren van de leerlingen. Leerlingen zijn ICT-vaardig en mediawijs. |
Wordt als succescriterium eegenomen in lesvoorbereiding |
2019 - 2020 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Verbinding met dorpsgemeenschap van Weebosch |
De school is verbonden met de dorpsgemeenschap, door inzet van vrijwilligers door projecten en onderwijsactiviteiten met betrokkenheid van het dorp door een (zo mogelijk) jaarlijkse theater/toneelproduktie in samenwerking met het dorp (afhankelijk van beschikbaarheid cultuurgelden) |
2019 - 2020 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Een schone en frisse school |
Uit tevredenheidsonderzoek: De school maakt geen frissen indruk door de oude toiletten en de beperkte schoonmaakuren in relatie tot de buitenomgeving van de school. |
Met hulp van ouders wordt een jaarschema opgesteld, waarbij alle gebruiksruimtes beurtelings een grote schoonmaakbeurt krijgen |
2019 - 2020 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Engels wordt aangeboden in alle groepen |
Engels wordt structureel opgenomen in het onderwijsaanbod aan alle groepen |
2019 - 2021 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Opbrengsten spelling |
De schoolopbrengsten van spelling liggen tenminste op het ambitieniveau |
Team OOK! zal het team begeleiden in het daadwerkelijk uitvoeren van het onderwijsplan spelling. |
2021 - 2022 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Kijken naar Kinderen |
Gedrag van leerlingen en onze reactie daarop is passend. |
De Rungraaf begeleidt het team bij het kijken naar kinderen. Er wordt in de groep gecoacht en tijdens studiedagen bespreken we de vragen: "wat vinden wij acceptabel gedrag? Wat is onze reactie op gedrag? |
2021 - 2022 |
Onderwerp | Einddoel | Proces | Tijdpad |
---|---|---|---|
Nieuw onderwijsconcept |
teneinde bestaansrecht van onze school te behouden is besloten tot het aanbod van een geheel nieuw onderwijsconcept op de Weebosch. Dit zou voor alle Bergeijkse lln toegankelijk moeten worden. |
Team OOK! begeleidt een team van professionals uit SKOzoK bij het ontwikkelen van een nieuw concept wat uitgerold kan worden op de Weebosch. Het Gerardusteam kan participeren. |
2021 - 2023 |
De kenmerken van onze leerlingpopulatie hebben we in kaart gebracht, om ons aanbod voor de komende jaren zo optimaal mogelijk af te stemmen. Daarbij gaan we uit van verschillen; wat doen we voor deze kinderen om de beoogde einddoelen te behalen?
Basisschool Gerardus is de enige school in de kleine dorpsgemeenschap Weebosch, gemeente Bergeijk. De school is gelegen in een groene omgeving, tegen de bosrand. Een deel van het onderwijs vindt plaats in de buitenklas, om de school. Onze leerlingen komen uit het dorp. De laatste jaren vinden gezinnen uit de stad de weg naar de groene woonomgeving van de Weebosch.
In het schoolondersteuningsprofiel kunt u lezen wat de karakteristieken zijn van het onderwijs op basisschool Gerardus. Mocht u daarover meer informatie wensen, of anderszins vragen hebben over de mate waarin onze school kan voldoen aan de onderwijsbehoefte van uw kind, neemt u dan a.u.b. contact op met de school
In de volgende cirkeldiagrammen treft u een beeld aan van de gemiddelde opbrengsten van de afgelopen drie jaar. Dit op de volgende gebieden: DMT(technisch lezen) Rek-Wisk (rekenen) Spelling en BL (begrijpend lezen). U ziet de verdeling over de niveauwaarden I tot en met V. Een verdeling van 20% per niveauwaarde geldt als de gemiddelde score.
Schoolbeeld Bs Gerardusschool
Schoolambitie Gerardusschool
Maandag | 8.30 uur – 12.15 uur | 13.00 uur – 15.00 uur |
Dinsdag | 8.30 uur – 12.15 uur | 13.00 uur – 15.00 uur |
Woensdag | 8.30 uur – 12.15 uur | |
Donderdag | 8.30 uur – 12.15 uur | 13.00 uur – 15.00 uur |
Vrijdag | 8.30 uur – 12.15 uur |
De Wet op het Primair Onderwijs (WPO) geeft kaders aan voor wat een kind op de basisschool moet kunnen leren.
De school voert uit wat de WPO voorschrijft. We houden hierbij rekening met verschillen in aanleg en tempo tussen leerlingen. De totale ontwikkeling van het kind komt aan bod; de sociale, emotionele, verstandelijke en creatieve ontwikkeling. Hierbij noemt de WPO de volgende ontwikkelingsgebieden:
Zintuiglijke en lichamelijke oefening
Nederlandse taal
Lezen en schrijven
Rekenen en wiskunde
Expressie activiteiten; met in ieder geval aandacht voor bevordering van het taalgebruik, muziek, tekenen, handvaardigheid, spel en beweging
Bevorderen van sociale redzaamheid, waaronder gedrag in het verkeer
Enkele kennisgebieden; met in elk geval aandacht voor aardrijkskunde, natuur (inclusief biologie en milieu), maatschappelijke verhoudingen (inclusief staatsinrichting)
De school is vrij andere onderwerpen aan haar programma toe te voegen.
In het onderwijs aan jonge kinderen leggen wij de basis die nodig is voor het goed doorlopen van ontwikkeling- en leerprocessen. Reeds in groep 2 krijgen de kinderen letters en cijfers aangeboden. Al naar gelang hun ontwikkeling en onderwijsbehoefte start hier dus al cijferbegrip en de eerste leesactiviteiten.
We richten ons bij de jongste kinderen op de ideeën van Basisontwikkeling, een onderwijskundig begrip, waarmee de meeste scholen in de Kempen werken. Hierbij staan de volgende kernwoorden centraal:
Betrokkenheid
Het is belangrijk dat het kind betrokken is bij hetgeen het doet om de ontwikkeling van het kind optimaal te laten verlopen.
De leerkracht zorgt voor een breed onderwijsaanbod met doelen die gericht zijn op de verschillende ontwikkelingsgebieden met activiteiten die voldoende uitdaging bieden aan de kinderen.
Betekenis
De activiteiten worden georganiseerd rondom een thema zodat er een duidelijk herkenbare betekenis ontstaat.
Begeleiding
De leerkracht heeft de taak om elk kind te begeleiden zodat het elke keer een stapje verder komt in zijn/haar ontwikkeling.
De volgende ontwikkelingsgebieden komen aan de orde:
sociaal-emotionele ontwikkeling
spelontwikkeling
ruimtelijke oriëntatie
taalcommunicatie
taal-denken; taal-lezen
rekenen-denken
auditieve waarneming
visuele waarneming
grove motoriek
fijne motoriek
muzikale ontwikkeling
werkhouding
Wij zoeken bij ons aanbod steeds naar de juiste verhouding tussen uitdagen en ondersteunen van het kind. Op deze manier komt het kind in, wat wij noemen, de zone van de naaste ontwikkeling. Dit betekent dat het kind zich gestimuleerd voelt tot het ontdekken van nieuwe vaardigheden. Het kind gaat met zelfvertrouwen een uitdaging aan. Zo leert en ontwikkelt het kind zich op de meest natuurlijke manier. De ontwikkeling van elk kind verloopt op een eigen manier in een eigen tempo. Door observatie van spel en werken zijn wij ons bewust van de verschillen in ontwikkeling van kinderen en stemmen wij het aanbod hierop af.
Door het maken van speelhoeken rondom een thema prikkelen we de kinderen om tot spel te komen. Spel is voor het jonge kind de meest betekenisvolle activiteit om zich te ontwikkelen. Bovendien is spel een activiteit waarbij de basisvaardigheden op een natuurlijke wijze aan bod komen.
In groep 0 en 1 zijn de kinderen nog voornamelijk experimenterend en oriënterend bezig. Naarmate het jaar vordert worden de opdrachten gerichter. In groep 2 komt het accent steeds meer te liggen op activiteiten op het gebied van voorbereidend lezen, taal en rekenen. Sociale vaardigheden, zoals naar elkaar luisteren en samenwerken, worden elke dag geoefend.
Al vanaf groep 1 werken en spelen de kinderen steeds vaker zonder dat ze de leerkracht bij hun werk en/of spel mogen betrekken. Van tevoren worden er afspraken gemaakt, passend bij de ontwikkelingsfase waarin de kinderen zich bevinden, die de kinderen tijdens dit zelfstandig werken ondersteunen. We komen zo tegemoet aan de natuurlijke drang die elk kind in zich heeft om iets zelf te doen en daarbij succeservaringen op te doen. Zelfredzaamheid geeft kinderen zelfvertrouwen. We zorgen ervoor dat tijdens deze werkzaamheden de kinderen een onderwijsaanbod krijgen dat hen op een positieve manier stimuleert tot zelfstandigheid.
De leerkracht heeft in die tijd gelegenheid om te observeren of om een kind of een klein groepje kinderen te begeleiden bij een speciale activiteit.
Een goede werk- en luisterhouding is van groot belang om in de volgende groep succesvol te kunnen zijn.
In groep 4 tot en met 8 werken wij met moderne methoden en onderwijsleermiddelen die rekening houden met verschillen tussen kinderen en die zelfstandig werken en samenwerkend leren mogelijk maken. Wij richten ons onderwijs zodanig in dat er sprake is van een ononderbroken leer- en ontwikkelingsproces. Voor een optimale ontwikkeling is een omgeving nodig waarin kinderen zich veilig voelen. Wij zetten ons in voor een positief klassen- en schoolklimaat. De leerlijnen waarborgen het bovengenoemde leerproces en de wettelijke plicht om aan de kerndoelen te voldoen. We trachten zo veel mogelijk heterogeen te werken zodat kinderen gezamenlijk kunnen werken aan hun leerdoelen.
In onze visie staat dat wij ruimte bieden voor persoonlijke ontwikkeling in een rijke en duidelijke leeromgeving. Om tegemoet te komen aan de persoonlijke groei van kinderen is het nodig dat we niet altijd gebonden zijn aan het leerstofjaarklassensysteem waarbij alle kinderen dezelfde leerstof krijgen aangeboden. Indien nodig wijken we hiervan af.
Wij gaan uit van het idee dat een kind zich veilig, competent en gewaardeerd moet voelen om zich optimaal te kunnen ontwikkelen. Het kind wordt uitgedaagd in de zone van de naaste ontwikkeling, aangemoedigd door de sterke punten te belonen en niet door het kind af te rekenen op wat het nog niet kan.
De lesstof wordt, als dat nodig is, aangepast op basis van interesse, niveau, mogelijkheden en vraag van het kind. Dat betekent niet dat het kind mag bepalen wat het wel en niet zal leren. Uiteindelijk zal elk kind de school verlaten met een behoorlijke bagage aan basisvaardigheden om voldoende succesvol te kunnen zijn in het Voortgezet Onderwijs. Het betekent wel dat vanaf het moment dat de leerkracht in overleg met de ouders tot de conclusie komt dat het kind een meer persoonlijke aanpak nodig heeft deze keuzes mogelijk zijn.
Het werkconcept “Structureel Coöperatief Leren” helpt ons om deze aanpak in de praktijk te kunnen waarmaken.
We verbinden instructies tussen diverse leerjaren zoveel mogelijk. Instructies van nieuwe leerstof vinden plaats middels het IGDI-model (Interactief, Gedifferentieerd, Directe Instructiemodel). In de praktijk betekent dit dat de school ernaar streeft alle leerlingen te laten profiteren van de groepsinstructie, maar vooral tijdens de verwerking rekening houdt met de verschillen tussen leerlingen.
We bieden de kinderen veel ruimte om met en van elkaar te leren.
De volgende werkvormen worden gehanteerd:
De directe instructie is bedoeld om de aangeboden leerstof zo effectief mogelijk in te oefenen. Elk kind neemt hieraan deel zolang dit nodig is. Voor het ene kind is een korte oefentijd voldoende terwijl het andere kind langer of vaker moet oefenen of meer uitleg nodig heeft.
Zelfstandig werken is een werkvorm waarbij de kinderen een bepaalde tijd zonder de hulp van de leerkracht bezig kunnen zijn. Zij leren zelfstandig taken uit te voeren, rekening houdend met andere kinderen. De leerkracht kan deze tijd gebruiken om te werken met een kind of met een klein groepje kinderen die speciale begeleiding nodig hebben. Vanaf groep 1 wordt gewerkt met week- of dagtaken, passend bij de ontwikkeling van de kinderen.
Als kinderen samen aan een opdracht werken, kan ieder kind een eigen taak uitvoeren. Bij samenwerkend leren zijn de kinderen afhankelijk van elkaar om iets te leren. Tijdens het uitvoeren van een opdracht hebben ze elkaar nodig om de opdracht tot een goed einde te kunnen brengen. Na afloop is elk kind in staat om te vertellen wat ze geleerd hebben of hoe het werkstuk tot stand is gekomen. De leerlingen hebben niet per definitie een gelijkwaardige deelname. Sommige kinderen kunnen bij bepaalde opdrachten meer het voortouw nemen dan andere. Naast samenwerkend leren laten we de kinderen ook Structureel Coöperatief Leren (SCL). De kinderen wordt geleerd om meer verantwoordelijkheid te nemen voor eigen gemaakte keuzes en doelen, maar ook medeverantwoordelijkheid te dragen voor gezamenlijk gemaakte keuzes en doelen. Coöperatief leren heeft de volgende basiskenmerken: gelijke deelname, positieve wederzijdse afhankelijkheid, individuele verantwoordelijkheid, de kinderen zijn zichtbaar tegelijk actief. Coöperatief leren omvat verschillende coöperatieve werkvormen.
Vanaf groep 3 begint het methodisch onderwijs. De werkwijze van groep 0-2 krijgt zoveel mogelijk een vervolg in groep 3. Binnen de methodische aanpak worden betekenisvolle onderwijssituaties gecreëerd waardoor de kinderen betrokken zijn bij de leeractiviteiten.
Aanvankelijk leesonderwijs Veilig Leren Lezen
Aardrijkskunde Land in zicht, De Junior Bos werkatlas/Alles-in-1
Drama Veelal vrije opdrachten.
Engels Groove me
Geschiedenis/goed burgerschap De Trek, De canonlessen van Vroeger en Zo/Alles-in-1
Natuur en Techniek In Vogelvlucht
Rekenen Reken Zeker
Schrijven Schrijfdans voor groep 0-2
Pennenstreken, een methode voor groep 3-8
Technisch lezen Lekker Lezen
Begrijpend lezen Nieuwsbegrip XL / Snappet
Taal en spelling Taaljournaal
Spelling Leerlijn spelling / Snappet
Verkeer Programma van Veilig Verkeer Nederland:
Handvaardigheid Moet je doen en andere bronnen.
Tekenen Moet je doen en andere bronnen.
Muziek Moet je doen en andere bronnen.
Sociale redzaamheid Een doos vol gevoelens, Een huis vol gevoelens,
Jij en Ik en ander materiaal
Snappet
In de klassen werken we met tablets die de kinderen van de groepen 4 t/m 8 gebruiken om hun verwerking van de lessen op te maken. Ze werken voor spelling en begrijpend lezen dus niet meer in schriften, maar op de tablet. Snappet is een digitale leeromgeving die gericht is op de meest gebruikte leermethodes. Snappet heeft de verwerkingsstof uit diverse leermethodes verwerkt tot digitale leeropgaven die verwerkt kunnen worden op een speciaal ingerichte tablet. Het grote voordeel is dat kinderen naast de verwerking van de aangeboden leerstof ook oefenstof op eigen niveau aangeboden krijgen. De leerlingen ontvangen directe feedback en er is voor de leerkracht direct een foutenanalyse zichtbaar. Op de tablet verdienen de kinderen sterren wat ze enorm motiveert.
Sociale redzaamheid
Naast het verzorgen van onderwijs is de Gerardus een basisschool waar kinderen en leerkrachten in een rijke leeromgeving en in een prettige sfeer voortdurend uitgedaagd worden tot leren van en met elkaar. Wij willen onze kinderen ontwikkelen tot zelfstandige, weerbare en ondernemende kinderen in onze veranderende maatschappij. Ouders zien wij daarbij als partner.
Naar school gaan is onlosmakelijk verbonden met sociaal contact en interactie, zowel met leeftijdsgenoten als met volwassenen. Brede maatschappelijke vorming heeft alles te maken met de sociaal emotionele, cognitieve en creatieve ontwikkeling. Voor jonge kinderen begint dat met het vinden van een plekje binnen de groep, waarbij onderlinge communicatie een belangrijk middel is. Daarnaast zijn zelfstandigheid, vindingrijkheid, het leren nemen van beslissingen en verantwoordelijkheid voor het eigen gedrag belangrijke vaardigheden. Ook is het belangrijk dat kinderen leren samenwerken, luisteren, gevoelens kunnen uiten en dat je van je fouten kunt leren.
Voor het optimaal functioneren van kinderen en het ontwikkelen van hun talenten zijn deze vaardigheden onmisbaar. Kinderen hebben zelfvertrouwen nodig om zich goed te kunnen ontwikkelen. Ze moeten opkomen voor zichzelf, maar ook rekening houden met anderen.
Door middel van spel, gesprek en lesmateriaal worden kinderen zich bewust van sociale afspraken en emoties, zowel die van zichzelf als die van anderen.
Gevoelens en emoties doen ertoe. Een gevoel of mentale gewaarwording is de eerste reactie die we op een situatie hebben, direct daarna volgt de emotie. We voelen ons blij, bang, boos, gefascineerd, welkom of genegeerd. We reageren hierop met denken, praten, lachen of met ander gedrag zoals vluchten of juist vechten. Voor stilstaan bij gevoelens moet je tijd hebben. Vaak beseft een kind niet eens dat er een gevoel is voorafgegaan aan wat we denken en doen. Gevoel beïnvloedt gedrag. Gevoelens die bewust worden waargenomen kunnen waardevol gedrag bevorderen waardoor het welbevinden van het kind groter wordt en de leerprestaties toenemen. Alles wat hierboven is genoemd is de hele dag in elke les even belangrijk.
Kinderen bewust te maken van hun eigen gedrag en het effect hiervan op anderen,
Kinderen te leren zichzelf en de anderen te respecteren,
Het vermogen te ontwikkelen zich in te leven in anderen,
Kinderen te leren verschillen tussen mensen te accepteren, onbevooroordeeld door verschillen in achtergrond, geaardheid, ras en cultuur,
Vaardigheden te ontwikkelen om met elkaar om te gaan, zoals luisteren en ruzies oplossen,
Taalontwikkeling en uitdrukkingsvermogen te stimuleren door gedachten en gevoelens onder woorden te brengen en nieuwe begrippen te leren,
Zelfstandig gedrag aan te moedigen binnen de groep waarin het kind functioneert,
Gezondheidsvaardigheden te leren.
In groep 6-7-8 komt CJG+ elk jaar voorlichting geven over het gebruik van social media, en informeert de groep over de gevaren van roken, alcohol- en drugsgebruik.
Op BS St. Gerardus willen we door oog te hebben voor al het bovenstaande dat leerlingen en leerkrachten zich thuis voelen op onze school, dat ze mogen zijn wie ze zijn en dat ze merken dat ze erbij horen en gewaardeerd worden.
We willen zo zorgen dat onze kinderen zelfstandig, weerbaar en ondernemend de stap kunnen zetten naar het vervolgonderwijs.
Als katholieke basisschool vormt de christelijke levensovertuiging de grondslag voor ons doen en denken. Samen met de kinderen gaan we op zoek naar wat deze levensovertuiging ons vertelt over onszelf, het omgaan met elkaar en over de betekenis van het leven. Wij doen dit met behulp van het vertellen van Bijbelverhalen en aandacht besteden aan de feestdagen, zowel christelijke als die van andere godsdiensten. In de methode Alles-in-1 komen de vijf hoofdgodsdiensten van de wereld aan de orde.
De voorbereiding voor de eerste communie en het vormsel wordt verzorgd door een werkgroep, bestaande uit ouders. De werkgroep maakt gebruik van ruimten en materialen van school.
Voor de gymnastieklessen maken wij gebruik van de sportzaal van buurthuis ‘t Sant. De kinderen van groep 0-2 gaan twee keer per week naar deze gymzaal, net als de kinderen van de andere groepen. Bij mooi weer wordt er ook buiten gespeeld of gesport. De kinderen van groep 0-2 gaan elke dag minimaal een keer naar buiten.
Elke woensdag krijgen de kinderen van de groepen 3-8 gymles van onze sportleraar Harm Tielemans, combinatiefunctionaris van de gemeente Bergeijk.
Voor de gymlessen in de sportzaal hebben de kinderen speciale kleding nodig:
Gymschoenen die niet buiten gedragen worden.
(De schoenen van de kleuters blijven op school.)
Gympakje of shirtje en sportbroekje.
Geen sieraden of horloges.
De kinderen van groep 8 doen elk jaar mee met de regionale sportdag voor schoolverlaters.
Elke groep beschikt over een klassenbibliotheek. De kinderen mogen deze boeken niet mee naar huis nemen maar krijgen op school tijd genoeg om zich in het gekozen boek te verdiepen.
In het uitleenpunt van Bibliotheek de Kempen kunnen de kinderen boeken lenen die ze thuis of op school kunnen lezen.
Ook ouders zijn van harte welkom om hier boeken te lenen met of voor hun kinderen.
In groep 6-7-8 krijgen de kinderen regelmatig huiswerk mee naar huis. Als voorbereiding op het voortgezet onderwijs leren wij de kinderen het huiswerk in te delen en te maken.
Vanaf groep 6 worden proefwerken gedeeltelijk thuis voorbereid.
In de alle groepen krijgen kinderen indien nodig incidenteel extra oefenstof mee naar huis. Dit gebeurt altijd in overleg met de ouders.
De Buitenklas
In 2012 is de Buitenklas officieel geopend. De tuin rondom de school is ingericht als educatieve buitenruimte. Er is een natuurpad aangelegd in het bos direct aansluitend aan de speelplaats van de school.
Dit alles is gerealiseerd met hulp van ouders, kinderen , leerkrachten, dorpsbewoners, plaatselijke ondernemers en vrijwilligers.
Door de Buitenklas is ons onderwijs minder statisch, kinderen hebben meer ruimte om te leren, te ontdekken, te fantaseren en te bewegen. Door de natuur van dichtbij mee te maken ontwikkelen kinderen een gevoel van verantwoordelijkheid en betrokkenheid: een zorgende houding t.o.v. de natuur. Het spel is gevarieerder en fantasierijk. Buiten vinden kinderen de wereld die “echt” en steeds anders is. Dit nodigt uit tot creativiteit, tot inspelen op onverwachte situaties, tot nieuwsgierigheid, het bedenken van nieuwe spelvormen, nieuwe woorden, nieuwe bewegingen. Al spelend verleggen kinderen hun grenzen en ontwikkelen ze zich op alle mogelijke manieren; fysiek, maar ook cognitief, sociaal, emotioneel en psychisch.
De leerkrachten werken met leerdoelen en zoeken steeds naar mogelijkheden deze doelen ook in de Buitenklas te bereiken.
Voortdurend bespreken we in het teamoverleg welke doelen we kunnen verwezenlijken in de Buitenklas.
Burgerschap
Hieronder ziet u een overzicht van de gemiddelde uitstroom over de laatste drie schooljaren naar het VO van de leerlingen van Gerardusschool,
Binnen ons onderwijs werken we handelingsgericht (HGW). Door op deze manier te werken, beogen wij de kwaliteit van ons onderwijs en de begeleiding van al onze leerlingen te verbeteren. HGW maakt adaptief onderwijs en doeltreffende leerlingbegeleiding concreet, zodat het team effectief kan omgaan met verschillen tussen leerlingen. HGW is een planmatige en cyclische werkwijze waarbij we de volgende zeven uitgangspunten toepassen.
Wij volgen de ontwikkeling van de leerlingen gedurende de gehele basisschooltijd. In de groepen 1 en 2 en 3 registreert de leerkracht de ontwikkelingen van elke leerling in Kijk! Observaties, die o.a. worden verkregen door naar de leerlingen te kijken en met ze te werken, staan daarin centraal. We maken daarbij gebruik van hulpmiddelen, die vanuit basisontwikkeling zijn aangereikt.
In de groepen 3 t/m 8 maken de leerlingen twee maal per jaar de landelijke Cito-toetsen voor de vakgebieden lezen, rekenen, spelling en begrijpend lezen. Daarbij wordt 2 keer per jaar de sociaal emotionele ontwikkeling van onze leerlingen in kaart gebracht met behulp van het invullen van observatielijsten door gebruik te maken van het instrument Zien!. Alle resultaten van de toetsen en de observatielijsten worden digitaal bewaard in ons leerling- en onderwijsvolgsysteem Parnassys. Door middel van de resultaten vanuit de toetsen, de methodegebonden toetsen en de observaties vanuit de dagelijkse praktijk in de unit, hebben we de onderwijsbehoeften van alle leerlingen in beeld. Door middel van het evalueren en analyseren van toetsgegevens en het interpreteren van de informatie vanuit de observaties, volgen wij alle leerlingen om hen zo goed mogelijk te begeleiden en te stimuleren in hun ontwikkeling. Twee keer per schooljaar houdt de kwaliteitsondersteuner een groepsbespreking met de leerkrachten van alle units. Hier wordt gesproken over de groep als geheel, de inhoud van het onderwijs en individuele leerlingen.
Op school werken we met de 6 uitgangspunten van 'Opbrengstgericht Passend Onderwijs'; OPO
Onderwijs moet er op gericht zijn om opbrengsten te generen; leer- en ontwikkeldoelen behalen. Leerlingen moeten veel leren. Bovendien moet het onderwijs dat gegeven wordt passend zijn bij de leerlingen die het krijgen.
de uitgangspunten:
VAN EIND NAAR BEGIN
De schoolambitie bepaalt hoe de onderwijsbehoeften eruitzien en deze bepalen het onderwijsprogramma.
Leerling populatie bepaalt (mede) de onderwijsbehoeften.
SCHOOL > GROEP > LEERLING
Het onderwijsprogramma is geschreven voor de hele school, om alle leerlingen te bedienen. Als op groepsniveau aanpassingen nodig zijn, worden die gemaakt (niet iedere groep is immers hetzelfde), daarna kan er nog gekeken worden naar aanpassingen op individueel niveau.
MIDDENMOOT ALS VERTREKPUNT
De middenmoot van de leerling populatie op school- en groepsniveau is leidend voor het onderwijsprogramma (de middenmoot wordt gevormd door 60% van de leerlingen).
Deze middenmoot bepaalt ook of er een aanpassing op groepsniveau wenselijk is t.o.v. het onderwijsplan op schoolniveau.
OVEREENKOMSTEN IN ONDERWIJSBEHOEFTEN
Onderwijs wordt gegeven aan groepen leerlingen met gemeenschappelijke kenmerken en onderwijsbehoeften. Onderwijs is een groepsproces waarin leren van/met elkaar en het aanleren van coöperatieve vaardigheden centraal staat.
Het geeft ook een saamhorigheidsgevoel.
Individueel onderwijs is niet nodig noch wenselijk.
EERST CONVERGENT DAN DIVERGENT
Binnen ons onderwijs werkt een groep leerlingen aan 'één set van doelen', middels verschillende aanpakken (basis, verrijkt of intensief). Pas als divergente aanpak wenselijk wordt (bijv. omdat een leerling vergaande verrijking of intensivering nodig heeft) kan divergente differentiatie ingezet worden.
Dit houdt in dat er grofweg drie groepen zijn in de klas die allen werken aan min of meer dezelfde doelen; de basisgroep, de groep die meer uitdaging nodig heeft en de groep die extra instructie/oefentijd nodig heeft. Sporadisch zijn er dan nog leerlingen die aan een aparte set doelen werkt, hetzij aan de boven, hetzij aan de onderkant.
RESPONS OP INSTRUCTIE
Elke groep laat een reactie op het onderwijsprogramma zien (respons). Deze onderscheiden we in drie onderdelen:
- vaardigheidsgroei (om het halfjaar gemeten middels de Cito-toetsen).
- leerdoelbeheersing (gemeten bij methodetoetsen en observaties).
- betrokkenheid (dit heeft te maken met leergemak versus leerpijn).
Dit checken we ieder half jaar en geeft ons richting aan de te volgen koers; als de respons voldoende is, gaan we door met wat we deden. Als de respons onvoldoende is, dan gaan we op zoek naar de oorzaak en de oplossing. Dit doen we eveneens eerst op schoolniveau, dan op groepsniveau en dan op leerlingniveau.
Via de links hieronder kunt u de rapporten inzien van de tevredenheidsmetingen onder leerlingen en ouders in maart 2019.