Schoolplan 2023 - 2027
  1. 4.1. Kwaliteitszorg RVKO

    1. Kwaliteitszorg RVKO

      De kwaliteit van het onderwijs is het belangrijkste agendapunt van de RVKO. De organisatie is erop ingericht om de onderwijskwaliteit te optimaliseren én behouden.

      De scholen van de RVKO werken daartoe samen in zogenaamde leercirkels. In kleine groepen werken directeuren aan gedeelde thema’s. De leercirkels versterken de subsidiariteit: in de leercirkels kunnen directeuren met elkaar, en eventuele deskundigen, complexe vraagstukken oppakken.

      Voor de ondersteuning van de scholen zijn er korte, directe lijnen met de medewerkers van de stafafdelingen op het bestuursbureau. Naast deze ondersteuning vindt ook monitoring plaats. Wanneer blijkt dat een school (tijdelijk) niet in staat is om basiskwaliteit te bieden, dan kan er een interventie vanuit het College van Bestuur (CvB) volgen. Het CvB heeft immers de wettelijke plicht om minstens basiskwaliteit te bieden aan alle leerlingen en de verantwoordelijkheid voor goed onderwijs aan alle kinderen van de RVKO.

      Aanvullend op de reguliere thema’s waar de stafafdelingen aan werken, zijn er bovenschoolse portefeuilles om te werken aan actuele aandachtsgebieden die worden benoemd door het CvB, bijvoorbeeld onderwerpen uit het Strategisch Verhaal of beleidsonderwerpen die landelijk spelen. De bovenschoolse portefeuilles zijn belegd bij de bovenschools directeuren. Daarnaast zijn de bovenschoolse directeuren de sparringpartners van de directeuren en voeren zij de gesprekken in het kader van het IPB waarbij zij inspelen op de individuele behoeftes van elke directeur – proportioneel en op maat.

      Het bestuur van de RVKO is verantwoordelijk voor de onderwijskwaliteit in haar scholen. Daarbij moeten scholen minimaal basiskwaliteit halen (wettelijke plicht). Natuurlijk heeft het bestuur daarbij haar eigen ambities om het beste onderwijs voor alle leerlingen te bereiken. Deze ambities worden in nauwe samenspraak met de scholen vertaald in een vierjarenplan, het Strategische beleidsplan. De RVKO zet daarbij voor de komende vier jaar in op een vervolg op het Strategisch Verhaal 2019-2023. De thema’s die daarin zijn benoemd als speerpunten voor de kwaliteit zijn nog altijd actueel en worden daarom doorontwikkeld in het nieuwe Strategische beleidsplan, met altijd voor ogen: wat is het beste voor onze leerlingen?

      De leerlingen van de RVKO moeten kunnen leren en zich kunnen ontwikkelen in een veilige omgeving. Daarom geeft elke school uitvoering aan goede kwaliteitszorg. Dat bestaat uit een visie op onderwijs en instrumenten om de ambities uit te werken en te monitoren met als doel om planmatig te werken aan verbetering van de onderwijskwaliteit en leeropbrengsten.
      De visie en ambities van elke RVKO-school zijn gebaseerd op het Strategische beleidsplan. In hun schoolplan en jaarplannen werken scholen uit wat zij belangrijk vinden en op welke manier ze hun doelen willen bereiken. Op deze manier zijn de bestuurlijke ambities verankerd in de scholen.

      Kwaliteitszorg is een cyclisch proces. Scholen onderzoeken hun resultaten om te beoordelen of ze hun kwaliteitsdoelen behalen en stellen hun werkwijze bij. Het bestuur van de RVKO monitort al haar scholen op basis van de eigen, vastgestelde cyclus van kwaliteitszorg.
      Het kader voor de bovenschoolse monitoringscyclus binnen de RVKO bestaat uit de drie standaarden die opgesteld zijn door de Inspectie van het Onderwijs: Besturing, Kwaliteitszorg en Ambitie (BKA). De uitvoering van de monitoringscyclus ligt bij Team Onderwijskwaliteit (TOK) dat regie voert op de kwaliteitszorg van alle RVKO-scholen. Deze regie omvat de volgende vier functies: controlfunctie, beleidsvoorbereiding, procesondersteuning en makelaar. Met name de controlfunctie geeft goed en tijdig zicht op waar elke school staat en wat er eventueel aan ondersteuning nodig is.

      De bovenschoolse monitoringscyclus stelt het bestuur in staat om de basiskwaliteit te realiseren en te borgen, het onderwijs te verbeteren en te zorgen voor deugdelijk financieel beheer. Er is dus sprake van een ontwikkelingsgerichte kwaliteitscultuur: beleid wordt opgevolgd en na evaluatie bijgesteld.

  2. 4.2. Kwaliteitszorg school

    1. 4.2.1 Visie, ambities en doelen

      SBO Lucas heeft als doel om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren en hanteert hiervoor cyclus handelingsgericht werken. Vanuit de beschreven schoolvisie, aanbod- en ambitielijn en de resultatenanalyse formuleren de directie samen met het schoolteam ambities en doelen in de jaarplannen. Deze doelen richten zich op het gehele onderwijsaanbod, bestaande uit: de basisvakken, pedagogisch klimaat en burgerschap.  Aan deze ambities en doelen wordt op school, klas en leerkracht/leerling niveau cyclisch gewerkt, waarbij de werkwijze en verantwoordelijkheidsverdeling is opgenomen in kwaliteitskaarten. 

    2. 4.2.2 Uitvoering en kwaliteitscultuur

      De gedeelde visie, gestelde ambities en daaraan gekoppeld aanbod/doelen vormen de basis voor het onderwijskundig beleid op SBO Lucas. Vanuit de visie zijn de ambities ontstaan. Dit wordt in de praktijk vormgegeven in onderwijskundig en pedagogisch handelen. De directie, IB en kartrekkers sturen op het onderwijskundig beleid door vanuit de visie en de resultaten te analyseren en evalueren. Vervolgens sturen en faciliteren zij het werken van de inhoudelijke werkgroepen en volgt er een terugkoppeling hiervan naar het MT.
      De ambities zijn per schooljaar opgenomen in het jaarplan. Het vormgeven van en sturen op professionalisering vormt een belangrijk onderdeel binnen de kwaliteitscultuur. Tijdens de ontwikkelgesprekken met teamleden is professionalisering een gespreksonderwerp. 

      De school geeft praktische invulling aan het schoolondersteuningsprofiel door nauwe samenwerking te onderhouden met het samenwerkingsverband PPO Rotterdam en het formuleren/ uitvoeren van een helder aannamebeleid. 

      Om de te verwachten opbrengsten van leerlingen zo goed mogelijk in kaart te brengen, stellen de intern begeleiders van SBO Lucas - na plaatsing van nieuwe leerlingen - binnen zes weken een ontwikkelingsperspectief op. Bij bestaande leerlingen worden vanaf een didactische leeftijd van 40 tot 50 maanden de verwachte uitstroombestemming vastgesteld in het ontwikkelingsperspectief. Er worden concrete, meetbare doelen in de leerlijn en in de ontwikkeling geformuleerd en onderwijsbehoeften benoemd. In het ontwikkelingsperspectief staat onder onderwijsbehoeften wat het kind nodig heeft om deze doelen te bereiken. Deze worden geformuleerd door het functioneren van de leerling op de verschillende ontwikkelingsgebieden en allerlei omgevingsvariabelen kort te beschrijven en te analyseren. Indien nodig wordt er een individuele aanpak met tijdspad en evaluatie vormgegeven in een handelingsplan. De registratie hiervan vindt plaats in ons leerlingvolgsysteem ParnasSys.

      In de kwaliteitskaarten staat omschreven hoe wij ons onderwijs vormgeven en hoe dit eruit ziet voor de verschillende aanpakken (intensief, basis en verdiept). De verdeling van leerlingen over de diverse aanpakken staat ook in deze kwaliteitskaart. De leerlingen worden ingedeeld in aanpakken naar hun te verwachte uitstroombestemming. Er wordt tweemaal per jaar geëvalueerd naar aanleiding van de resultaten van de methodetoetsen en niet-methodetoetsen. Deze evaluatie wordt in het OPP (ontwikkelingsperpectief) beschreven. Na de evaluatie vindt er een groeps-/leerlingbespreking plaats. Na de besprekingen worden de doelen en de verdeling in aanpakken eventueel bijgesteld en verwerkt in het OPP van het kind. 

    3. 4.2.3 Evaluatie, verantwoording en dialoog

      Op SBO Lucas willen wij het verschil maken voor onze kinderen. Dit doen wij door een open houding aan te nemen naar onze kinderen, hun ouders/ verzorgers en overige betrokkenen. Wij voeren gesprekken op basis van gelijkwaardigheid en vertrouwen. Dit doen wij door vaste momenten in het jaar te plannen waarop wij met ouders en kinderen in gesprek te gaan. En werken wij toe naar een individueel gespreksarrangement: op basis van de ontwikkelingsbehoefte van de leerling spreken school, ouders en kind de frequentie en vorm van contact af. Daarnaast organiseren wij ouderbijeenkomsten die aansluiten bij de jaargroep van het kind. De communicatie met ouders verloopt via Social Schools, hierbij kunt denken aan activiteiten in het schooljaar, uitwisseling van foto's, etc.
      Bij incidenten of waar direct handelen nodig is, wordt er telefonisch contact opgenomen. De kansen tot ontwikkelen maken we bespreekbaar in een fysiek contactmoment.  

      De gesprekscyclus met ouders wordt als volgt vormgegeven:

      • Een nieuwjaarsreceptie bij de start van het schooljaar: In iedere groep leren ouders en kinderen elkaar direct (opnieuw) kennen waardoor de betrokkenheid op elkaar al vanaf het begin van het jaar ontstaat.
      • Een startgesprek aan het begin van ieder schooljaar: Elk jaar vindt er een individueel startgesprek tussen de ouders, het kind en de leerkracht plaats. Wanneer in het leven van het kind ook andere personen een belangrijke rol spelen, bijvoorbeeld een oom of een oma, dan kan die uiteraard ook bij zo’n eerste gesprek aanwezig zijn. Het gesprek kan gaan over wat het kind wil leren in het komende jaar, welke uitdaging ouders zien voor hun kind en welke kansen op cognitief of intellectueel gebied de leraar van het kind verwacht in de komende periode.
      • Een huisbezoek van de vijfde week tot aan de herfstvakantie:  Elk jaar na de eerste bijeenkomst zetten wij het kennismaken door in een huisbezoek.
      • Een voortgangsgesprek groep 1-7 met ouders/ verzorgers en kind na de CITO eind januari. Dit is een gesprek waar de vorderingen en eventuele belemmeringen in de ontwikkeling van het kind besproken worden. In dit voortgangsgesprek komen de betrokkenen samen tot nieuwe informatie en afspraken voor vervolg.
      • Een voorlopig adviesgesprek met de ouders en het kind van groep 8 in januari.
      • Een definitief adviesgesprek met de ouders en het kind van groep 8 eind maart.
      • Een voortgangsgesprek groep 1-5 met ouders/verzorgers en  kind na de CITO in juni. Dit is een gesprek waar de vorderingen en eventuele belemmeringen in de ontwikkeling van het kind besproken worden. In dit voortgangsgesprek komen de betrokkenen samen tot nieuwe informatie en afspraken voor vervolg.
      • Een voortgangsgesprek en een indicatie-advies groep 6 met ouders/verzorgers en kind na de CITO in juni. Dit is een gesprek waar de vorderingen en eventuele belemmeringen in de ontwikkeling van het kind besproken worden. In dit gesprek komen de betrokkenen samen tot nieuwe informatie en afspraken voor vervolg.
      • Een voortgangsgesprek en voorlopig advies groep 7 met ouders/verzorgers en kind na de CITO in juni. Dit is een gesprek waar de vorderingen en eventuele belemmeringen in de ontwikkeling van het kind besproken worden. In dit gesprek komen de betrokkenen samen tot nieuwe informatie en afspraken voor vervolg.
      • Een nieuwsbrief die maandelijks terugkomt.
      • Een MR bijeenkomst vindt zes keer per jaar plaats.
    4. 4.2.4 Educatief Partnerschap

      De school zien ouders als partner: samen hebben zij de juiste intentie voor het kind. Zij zijn een rolmodel voor het kind in de onderlinge omgang met elkaar. Vanuit vertrouwen werken zij samen aan een passende groei van het kind, om zo een zinvol bestaan op te kunnen bouwen in onze wereld.
      Educatief partnerschap gaat over samenwerking tussen ouders en school rond leren en opvoeden, gericht op het stimuleren van de (brede) ontwikkeling van de leerling. Deze samenwerking is wederkerig: het betreft een betrokkenheid van ouders bij school en van school bij ouders. Het initiatief van de samenwerking ligt bij de school. De scholen van de RVKO zetten in op het vormgeven en versterken van educatief partnerschap met ouders. Voor meer informatie over educatief partnerschap verwijzen we naar het ‘beleidsplan educatief partnerschap’ en de ‘handreiking educatief partnerschap’ van de RVKO.


  3. 4.3. Analyse kwaliteitszorg

    1. De schooljaren 2019-2023 zijn wisselend geweest. Een van de factoren was COVID. Dit had gevolgen op ons onderwijskundig beleid. Daarnaast was er een groot verloop van personeel. Er waren een aantal onderwerpen die onze aandacht kregen. Over deze onderwerpen is de analyse geschreven.

      Ambitie- en aanbodslijn 
      In de periode van 2019-2023 werd er divergent gedifferentieerd. In deze differentiatievorm bedienden we  onze kinderen op hun eigen niveau qua instructie en verwerking. Doordat de verschillen tussen de leerlingen in een combinatiegroep ver uiteenliepen, ontstonden er zestien verschillende arrangementen. Dit was de aanleiding om te oriënteren op een andere differentiatievorm. In schooljaar 2022-2023 is er een besluit genomen om in de nieuwe periode 2023-2027 de convergente differentiatie te implementeren.

      Cyclus kwaliteitszorg naar PDCA
      Vanwege de divergente differentiatievorm was er geen cyclus zichtbaar in de periode van 2019-2023. Er was een ad-hoc werkwijze binnen de school aanwezig. In schooljaar 2022-2023 is er een besluit genomen om in de nieuwe periode 2023-2027 de PDCA-cyclus te implementeren.

      Het beter benutten van de mogelijkheden van Parnassys, met daarin opgenomen het werken met het ontwikkelingsperspectief in Parnassys
      De intern begeleiders hadden nascholing gevolgd m.b.t. mogelijkheden binnen Parnassys voor analyse van resultaten en het gebruik hiervan binnen het OPP. De leerkrachten zijn de vaardigheden zich eigen aan het maken. Bij de invoering waren nog niet alle dossiers volledig gevuld. Alle informatie van nieuwe leerlingen wordt digitaal opgeslagen. Notities worden in Parnassys bijgehouden door alle personeelsleden. De borging vanuit het team vraagt nog aandacht.

      Het werken met passende perspectieven, deze koppelen aan uitstroomprognose
      Het team heeft kennis opgedaan m.b.t. de passende perspectieven. De schooljaren na 2019-2020 werd er aandacht besteed aan het koppelen van de leerdoelen aan de ontwikkelingsperspectieven van de leerlingen en het groepsplan, zodat er een concreet en passend lesaanbod vanuit de passende perspectieven kan worden aangeboden aan de leerlingen. Waarbij er meer aandacht komt voor het plannen van het onderwijsaanbod i.p.v. het volgen van de leerlingen.  De passende perspectieven kunnen ook als basis gaan gelden voor het praktische onderwijsaanbod aan leerlingen binnen de school, passend bij de uitstroomniveaus VMBO BBL-LWOO en PRO (leerroute 2 en 3). Het koppelen van de passende perspectieven is in ontwikkeling. Aan het begin van het schooljaar 2020-2021 hebben de leerkrachten een aanzet gedaan. Door de COVID-lockdown ontstonden er andere prioriteiten binnen school en de groep. Voor het schooljaar 2021-2022 zou dit weer opgepakt worden door de leerkrachten. In schooljaar 2021-2022 is dit onderwerp niet meer onder aandacht gebracht of geëvalueerd. Het OPP wordt overigens jaarlijks bijgesteld.

      Groepsplan naar kwaliteitskaarten
      In de periode van 2019-2023 werd er gewerkt met groepsplannen. De divergente differentiatievorm belemmerde de vormgeving van een groepsplan, waardoor er zestien individuele plannen vormgegeven werden. Doordat er een besluit is genomen om in te zetten op convergente differentiatie, is er vervolgens besloten om de kwaliteitskaarten met daarin  de arrangementen (intensief, basis en verdiept) in te zetten.

      Vergaderstructuur
      In de periode van 2019-2023 wordt er vanaf het begin van het schooljaar vergaderd in een maandelijkse  teamvergadering en een maandelijkse bouwvergadering. De bouwvergadering wordt voorgezeten door de intern begeleider van de betreffende bouw. In 2022-2023 is de vergaderstructuur geëvalueerd. Tijdens deze evaluatie kwamen de Intern Begeleiders tot de conclusie dat de bouwvergaderingen samen gevoegd konden worden. In 2023-2027 vinden er bijeenkomsten plaats onder de noemer 'teamvergadering'.  Dit is een vast format waarbij de doelstellingen van ons schoolplan leidend zijn. Er komen zes teamvergaderingen in het jaar. Ook zijn er intervisies, waarbij het doel is om kritisch te kijken naar de inhoud van ons onderwijs en het leerkracht handelen. Er komen vier intervisiemomenten in het jaar. Dit zal na het schooljaar 2023-2024 geëvalueerd worden.

  4. 4.4. Ambities kwaliteitszorg

    1. Ambities kwaliteitszorg
      Onderwerp Ambitie Proces Tijdpad
      Leiding geven aan schoolontwikkeling

      Onze ambitie is om over te gaan van curatief handelen naar preventief handelen om onze schoolontwikkeling te ondersteunen. 

      De Intern Begeleiders zijn betrokken bij de het versterken van de schoolontwikkeling. 

       


      Middels flitsbezoeken en de PDCA- cyclus ondersteunen en ontwikkelen wij onze schoolontwikkeling. Het doel van de flitsbezoeken is tevens om de leerkrachten te bevorderen in hun eigen ontwikkeling en een kritische blik naar zichzelf te blijven houden. 

      De flitsbezoeken en de reflectieve gesprekken zullen twee keer maand plaatsvinden.

      In de groeps-/ leerlingbespreking met de Intern Begeleiders komt ook de PDCA- cyclus terug. 

      2023 - 2027
      Onderwerp Ambitie Proces Tijdpad
      OPP

      Nieuw OPP

      Er komt een nieuw OPP in het schooljaar 2023-2024. Onze ambitie is het implementeren van het OPP en het te zien als een levend document. 

      Nieuw OPP

      De Intern Begeleiders zullen de leerkrachten begeleiden in de opbouw van het OPP. Regelmatig komt het opbouwen van het OPP terug tijdens een overleg of intervisiemoment. 

      2023 - 2027
      Onderwerp Ambitie Proces Tijdpad
      OPP

      Feitelijk beschrijven

      Onze ambitie is dat het OPP een document is waarin situaties feitelijk omschreven worden en ook de kind kenmerken.

      Feitelijk beschrijven

      De Intern Begeleiders zullen de leerkrachten begeleiden in het feitelijk schrijven van het OPP. Regelmatig komt dit ook regelmatig terug tijdens een overleg of intervisiemoment.

      2023 - 2027
      Onderwerp Ambitie Proces Tijdpad
      Vergaderstructuur

      De ambitie is om de bijeenkomsten te structuren op de doelstellingen van het schoolplan. 

      Ieder MT- overleg start met een kartrekker waarbij de inhoud van die werkgroep centraal staat. Denk aan de ontwikkelingen binnen die groep, te behalen doelen of bijeenkomsten die geweest zijn of die komen. 

      Elke teamvergadering structureren wij in een vast format waarbij de doelstellingen van ons schoolplan leidend zijn. Er zijn zes teamvergaderingen in het jaar. 

      Intervisies zijn bedoeld om kritisch te kijken naar de inhoud van ons onderwijs en het leerkracht handelen. Er zijn vier intervisiemomenten in het jaar. 

      2023 - 2024
      Onderwerp Ambitie Proces Tijdpad
      Educatief partnerschap

      De school zien ouders als partner: samen hebben zij de juiste intentie voor het kind. Zij zijn een rolmodel voor het kind in de onderlinge omgang met elkaar. Vanuit vertrouwen werken zij samen aan een passende groei van het kind, om zo een zinvol bestaan op te kunnen bouwen in onze wereld.

      Wij willen graag wederkerigheid in de samenwerking. Hierbij betrekken wij ouders waar wij kunnen. Dit doen wij onder andere door koffie ochtenden, themabijeenkomsten en taallessen voor NT2 ouders. Er zal er een onderzoek vormgegeven worden waarbij de ouderbetrokkenheid twee keer per jaar wordt gemeten. Dit zodat wij hierop kunnen anticiperen.  

      2023 - 2024