6. Kwaliteitszorg

Het Octaaf heeft de gehele zorgstructuur opgenomen in het kwaliteitshandboek, leerlingenzorg bladzijde 59.
Hierin beschrijven wij 4 verschillende niveaus van zorg;  Algemene zorg, Basiszorg (niveau 1), Extra zorg (niveau2), Externe zorg (vanuit basisondersteuning)(niveau 3) en de langdurige externe zorg of verwijzing naar SO/SBO(niveau 4)

Het hoofdstuk over Kwaliteitszorg beschrijven wij de processen die beschreven staan in de voorgaande hoofdstukken en hoe de processen bewaakt worden(= afspreekt, evalueert en borgt). Bij het proces van Kwaliteitszorg hoort hoe er wordt afgesproken (vastgesteld) hoe doelen worden bepaald en welke maatregelen ter verbetering worden genomen. Is het team betrokken? Hoe loopt dat proces? Welke rol speelt het bestuur/de BM’er?

Kwaliteitszorg komt in het Toezichtkader van de Inspectie in bijna alle standaarden terug: 

• OP2 – Zicht op ontwikkeling en begeleiding
• OR1 – Resultaten
• OR2 – Sociale en maatschappelijke competenties
• OR3 – Vervolgsucces
• KA1 – Kwaliteitszorg
• KA2 – Kwaliteitscultuur
• KA3 – verantwoording en dialoog.

Kwaliteitszorg RVKO

Het Bestuur van de RVKO is eindverantwoordelijk voor de kwaliteit en de continuïteit van het onderwijs in haar scholen. Het onderscheid dat de inspectie maakt tussen wat moet (de basiskwaliteit) en wat een bestuur wil (de eigen kwaliteitsambities) biedt de RVKO de ruimte voor een eigen koers. Die koers wordt samen met de scholen opgesteld en uitgewerkt in het strategisch beleidsplan.

De RVKO stimuleert een kwaliteitscultuur waar werken aan verbetering vanzelfsprekend is en is zich bewust van de voorbeeldrol die het bestuur daarin zelf vervult.

In het Strategisch beleidsplan en de uitwerking daarvan in de jaarplannen maakt het bestuur zichtbaar welke verbeteringen zij binnen de planperiode wil realiseren. Voor de uitwerking op schoolniveau vormt de specifieke context van de school het vertrekpunt om de on-onderhandelbare doelen uit het strategisch beleid vorm te geven. De schoolplannen laten zien op welke onderdelen van het onderwijs de school haar ambities richt.

Om de ontwikkeling en de kwaliteit van het onderwijs te waarborgen zet het bestuur verschillende middelen in die in een cyclisch proces worden gebruikt om de onderwijskwaliteit te monitoren, ambities te stimuleren en waar nodig bij te sturen. Met deze werkwijze  zorgt de RVKO dat de basiskwaliteit van het onderwijs op de scholen op orde is (deugdelijkheidseisen), dat kwaliteitszorg en financieel beheer op orde zijn en dat het verbeterpotentieel binnen de vereniging volledig wordt benut en de ambities worden bereikt.

In onderstaand schema is dit cyclische proces weergegeven. Hierin staan weergegeven welke vaste en variabele overlegmomenten er zijn tussen school en bestuur om het proces van ontwikkeling en verbetering te bewaken, alsmede de wettelijke partners in de verantwoording ((G)MR, RvT, Inspectie van het onderwijs).

Handelingsgericht werken 
Om een ononderbroken ontwikkelingsproces van leerlingen te waarborgen wordt er op het Octaaf handelingsgericht gewerkt volgens de 1-zorgroute.
Deze cyclus maakt duidelijk wie wat doet, wanneer, hoe en waarom en kent twee onderdelen:

• Voor alle leerlingen: de HGW-cyclus op groepsniveau. De leerkracht verzamelt en analyseert de gegevens van zijn/haar groep. De onderwijsbehoeften van de leerlingen worden in kaart gebracht. Op basis van deze analyse wordt er een groepsplan gemaakt. In elke cyclus op groepsniveau vindt een groepsplanbespreking plaats.  

Voor de leerlingen die extra begeleiding nodig hebben: de HGW-cyclus op individueel niveau. Deze leerlingen komen aan bod in groepsbesprekingen, leerlingbesprekingen en worden eventueel besproken in een SOT (SchoolOndersteuningsTeam) of doorverwezen voor andere externe hulp en/of een schoolwisseling. De HGW – cyclus wordt op groepsniveau twee keer per schooljaar doorlopen.







Opbrengstgericht werken
Op het Octaaf wordt opbrengstgericht gewerkt. In de praktijk betekent dit voor een groepsplanbespreking dat de trends van de afgelopen jaren worden bekeken door de leerkracht en de intern begeleider. Als blijkt dat de resultaten boven of beneden verwachting zijn, wordt samen gezocht naar een verklaring hiervoor. De verklaringen zorgen voor eventueel nieuw schoolbeleid en de leerkracht zal zijn aanpak voor de komende tijd opnieuw vorm moeten geven. Er wordt bekeken welke aanpassingen kunnen worden gedaan in het pedagogisch en didactisch handelen van de leerkracht in de komende periode.

Zorgniveaus 
Om ervoor te zorgen dat het onderwijs op het Octaaf wordt afgestemd op de behoeftes van de leerlingen in de voortgang van hun ontwikkeling werken wij met 4 zorgniveaus, waarbij de basiszorg (niveau 1) geldt voor iedere leerling op het Octaaf. Daarnaast behoeven een aantal leerlingen naast de basiszorg ook zorg op een ander niveau. In het kwaliteitshandboek staat exact beschreven wat de verschillende niveaus van zorg inhouden en wat dit betekent op klassen-, school-, en extern- niveau.

Basiszorg (niveau 1)
Extra zorg (niveau 2)
Externe zorg (vanuit basisondersteuning)(niveau 3)
Langdurige externe zorg of verwijzing naar SO/SBO (niveau 4)

Zie kwaliteitshandboek / Leerlingenzorg/  bladzijde 59 t/m 85

6.3.2 Proces van Kwaliteitszorg

1. Medezeggenschapsraad (MR)
Op het Octaaf bestaat de MR uit drie ouders en drie leerkrachten. Zij houdt toezicht op allerlei zaken die de school aangaan. Zij richt zich op het beleid en de inhoud van het onderwijs en de organisatie van de school. De MR kan gevraagd en ongevraagd advies c.q. instemming geven over onderwerpen die in het RVKO reglement zijn vastgelegd. Daarnaast vormt de MR voor de schoolleiding een belangrijke informatiebron voor vragen, wensen en opmerkingen van ouders. Er wordt 6 maal per jaar vergaderd, indien nodig wordt er een extra vergadering uitgeschreven. De voorzitter leidt de vergaderingen. De secretaris zorgt in overleg met de voorzitter en de directie voor het opstellen van een agenda en verzorgt de notulen en de post. Een directielid woont de vergaderingen ter advisering bij. MR-leden worden voor vier jaar gekozen (artikel 5 lid 1 van het Reglement MR RVKO van 1/8/2018) . De voorzitter en de secretaris dragen zorg voor de verkiezingen volgens de voorschriften in het MR-reglement. De ouderbijdragen worden onder regie van de MR beheerd. 

2. Matrix verantwoorden

Vanuit de  RVKO hebben wij de opdracht gekregen om de leerlingen breed te laten ontwikkelen (niet alleen taal en rekenen). 
Daarbij hebben we het gedachtegoed van prof. dr. G.J.J. Biesta gebruikt: “onderwijsprocessen en -activiteiten functioneren doorgaans in drie verschillende gebieden en hebben daarom drie verschillende doelen: kwalificatie, socialisatie en subjectwording (persoonsvorming). Veel, zo niet alle onderwijsactiviteiten hebben invloed op alle drie die domeinen.  Om als school te kunnen reflecteren op en om te kunnen verantwoorden hoe wij met onze leerlingen werken aan deze drie domeinen, hebben wij gebruik gemaakt van de Matrix Breder Verantwoorden. 

Betrek in je beschrijving van de Kwaliteitszorg op school hoe je je verantwoordt op deze drie domeinen (9 velden). 

3. Schoolplan (met link naar doelen uit het strategisch beleidsplan)/jaarplan/evaluatie
Zie jaarverslag 2021-2022 schoolontwikkeling 3.2

4. Doelen/evaluatie
Zie jaarverslag 2021- 2022 schoolontwikkeling 3.2

5. Analyse resultaten (opbrengsten)/analyse onderwijsproces
Zie jaarverslag 2021-2022 schoolontwikkeling 3.2

6. Analyse personele ontwikkeling en ped.-did. handelen
Zie jaarverslag 2021-2022 schoolontwikkeling 3.2

7. Analyse veiligheid
Zie jaarverslag 2021-2022 schoolontwikkeling 3.2

Vaststellen maatregelen ter verbetering

Indien een school niet meer voldoet aan de basiskwaliteit, is het stimuleren van ontwikkeling vanuit het bestuur niet meer aan de orde, maar is de school verplicht te verbeteren. De afspraken worden door de bovenschools manager met de school vastgelegd in een verbeterplan.

Indien nodig stelt het bestuur tijdelijke extra (personele en/of materiële) middelen beschikbaar als impuls.

Kwaliteitscultuur

Eén van de ambities van de RVKO in het strategisch beleidsplan 2014-2018 was om “een professionele leer- en werkgemeenschap binnen een solide organisatie” te zijn. De RVKO heeft alle scholen gestimuleerd om op hun eigen manier aan de slag te gaan met de professionele cultuur op hun school. Woorden als, verbetercultuur, lerende organisatie en professioneel kapitaal zijn voor eenieder bekend. De RVKO ondersteunt scholen met het beschikbaar stellen van Coaches verbetercultuur. Voor scholen die volgens LeerKRACHT willen werken heeft de RVKO eigen (expert)coaches LeerKRACHT beschikbaar.

In de organisatie van de RVKO zijn wij gewoon te werken met werkgroepen en projectgroepen, waarbij verschillende mensen uit de organisatie (schoolleiders, leerkrachten, medewerkers van het bestuursbureau) vertegenwoordigd zijn en zich verdiepen in een onderwerp ter verbetering van de organisatie en de ontwikkeling van het onderwijs.

Op onze school werken wij op deze manier aan de professionele cultuur:

• Zeg iets over de cultuur en hoe je daaraan werkt
• Benoem de organisatiestructuur (vergaderingen, overleggen, werkgroepen, ontwikkelteams in je school), die deze cultuur ondersteunen.
• Bijv. als je graag eigenaarschap hebt bij je team, is het logisch als er ook ontwikkelgroepen zijn (i.p.v. hiërarchische structuren).

Op het Octaaf werken wij met de methodiek LeerKRACHT.
Het Octaaf is een school met een verbetercultuur waar wij samen werken aan nóg beter onderwijs. Dit betekent dat wij een cultuur hebben waarin je als leerkracht van elkaar leert en waar wij samen met de leerlingen en de directie het onderwijs verbeteren. Hiervoor gebruiken wij de vier leerKRACHT-instrumenten die elkaar onderling versterken. Deze instrumenten zetten wij in een geplande ritmiek in en vormen zo de KRACHT van onze verbetercultuur.

1. De bordsessie: een korte effectieve werksessie waarin wij met leerkrachten en directie wekelijks de voortgang bespreken van de gezamenlijk gestelde doelen.
2. Gezamenlijk lesontwerp: de gestelde doelen worden dagelijks vertaald naar onze onderwijspraktijk. Door samen lesvoorbereidingen te maken, maken de leerkrachten gebruik van elkaars kennis en kunde met als doel het verbeteren en innoveren van deze lessen.
3. Lesbezoek en feedback: van en met elkaar leren is de basis voor een goede les. Door regelmatig bij elkaar te kijken en samen te bespreken of de beoogde doelen worden bereikt, komen de leerkrachten samen tot ideeën hoe het nog beter kan.
4. De stem van de leerling: de leerling is de grootste inspiratiebron voor nieuwe lesdoelen. Zij kunnen bij uitstek feedback geven over het onderwijs en werken zo mee aan verbeteringElke dag samen een beetje beter

Inhoudelijke werkgroepen/ parkeersessie/ inhoudelijke teamvergadering