Buitenwijs Schoolplan 2023 - 2027
  1. 4.1. Pedagogisch - didactisch beleid


    1. Pedagogisch - Didactisch 

      Ons pedagogisch-didactisch beleid omvat de volgende kernprincipes:

      1. Een positieve leerervaring met welbevinden voorop
      2. Levend leren vanuit de ver-rijkende leeromgeving
      3. Brede ontwikkeling met groeiend eigenaarschap. 


      Deze uitgangspunten zijn verweven in het hele onderwijsontwerp en de organisatie van het onderwijs. Je vind deze onderwerpen ook terug in de Visie posters (hoofdstuk 2 en schoolgids 2023-2024).

      • Een positieve leerervaring met welbevinden voorop

      Op Buitenwijs leren kinderen door middel van succeservaringen. We gaan uit van het hele kind. Ze leren ook dat fouten maken mag, zelf moet. Leren is niet altijd makkelijk en gaat met ups en downs. Kinderen gaan door een leerkuil (James Nottingham). Ze leren door te zetten als iets moeilijk is of even afstand te nemen en het later nog eens te proberen. Voorop staat dat kinderen zich kunnen ontwikkelen in hun eigen tempo en op eigen niveau. We gaan hierbij uit van de zone van naaste ontwikkeling. Daarnaast kijken we naar de eigenheid en de talenten van kinderen. Kinderen zijn zichzelf. 

      • Levend leren vanuit de ver-rijkende leeromgeving

      Levend leren houdt in dat vragen, situaties of problemen waar kinderen in loop van de dag tegen aan lopen worden aangegrepen als onderwerp of thema om te samen onderzoeken en van te leren. Kinderen doorlopen hiermee een proces van een vraagstelling formuleren, verkennen, uitvragen, onderzoeken, analyseren en een mogelijk antwoord formuleren. Dit levend leren vindt plaats gedurende de hele dag, op school en daarbuiten. Het krijgt kan een plek krijgen binnen het thema of de projecten, extra uitgediept worden op de woensdagen. De kinderen op Buitenwijs worden geprikkeld en gestimuleerd door de ver-rijkende leeromgeving. Dit is zowel binnen als buiten. Dit doen we door lessen en plekken te creëen die uitdagen tot onderzoeken,  experimenteren en het opdoen van nieuwe leerervaringen. Hiermee vergroten we de betrokkenheid van kinderen. Onze ver-rijkende leeromgeving zet het hele kind aan: het hele zijn; het denken, de zintuigen, de verbeeldingskracht, de wilskracht en het inlevingsvermogen.

      • Brede ontwikkeling met groeiend eigenaarschap

      We bieden kinderen een brede ontwikkeling door lessen en projecten op te bouwen rond onze onwikkelpijlers en verschillende denkordes. We gebruiken de taxonomie van Bloom als hulpmiddel bij het formuleren van leerdoelen en het vaststellen van het beheersingsniveau. Door de taxonomie kunnen we bepalen welk eindgedrag we willen bereiken. Moet een kind kennis kunnen reproduceren of kunnen toepassen? Willen we leren analyseren of creëren? We gebruiken de taxonomie als leidraad om kinderen opdrachten met verschillende denkordes te kunnen bieden binnen de thema’s. De niveaus dienen niet als volgorde, maar om onderscheid te maken in de complexiteit van kennisniveaus. 

      1. Onthouden:  Informatie en kennis beschrijven, herinneren of kunnen benoemen. Het herkennen en onthouden van feiten. 
      2. Begrijpen: Concepten of ideeën kunnen samenvatten, uitleggen, interpreteren of classificeren.
      3. Toepassen: Informatie kunnen toepassen in een andere situatie of context. Kennis of informatie kunnen gebruiken of uitvoeren.
      4. Analyseren: Informatie in verschillende delen kunnen splitsen om het te onderzoeken en verbanden te kunnen leggen. Vragen kunnen stellen bij bepaalde kennis en zoeken naar relaties. Verder kunnen kijken dan de kennis die je al hebt.
      5. Evalueren: Een genomen besluit of gebeurtenis kunnen beoordelen, bekritiseren of controleren. Op basis van kennis vorm je een mening waarbij je meningen, invalshoeken en argumenten tegen elkaar kunt afwegen.

        6. Creëren: Nieuwe producten, invalshoeken, ideeën of ontwerpen kunnen maken/bedenken.


      We gaan uit van groeiend eigenaarschap over het eigen leerproces. We stimuleren dat kinderen zich eigenaar voelen over hun eigen ontwikkeling. Dit doen we in stapjes, zo leren kinderen steeds meer zelf de regie te nemen en hun eigen leren vorm te geven.




    2. Onderwijshervormers & filosofen

      De onderstaande onderwijshervormers en filosofen zijn de basis voor ons pedagogisch en didactisch beleid. 

  2. 4.2. Kerndoelen - en referentieniveaus


    1. Kerndoelen

      Op Buitenwijs geven we richting aan de onderwijsheid d.m.v. de acht ontwikkelpijlers (zie schoolgids 2023 -2024).  Binnen deze ontwikkelpijlers zijn ook de kerndoelen geborgd. Dat betekent dat deze worden aangeboden gedurende de basis schoolloopbaan. Het precieze overzicht van de samenhang tussen de Ontwikkelpijlers en de kerndoelen vind je in de bijlage kerndoelen en ontwikkelpijlers die hier is bijgevoegd. 

      Kerndoelen_en_ontwikke....pdf


    2. Referentieniveaus

      Vanaf het tweede schooljaar, als Wereld Woud wordt geopend (respectievelijk groep 4, 5 en 6) worden mogelijk ook de referentieniveaus relevant. Dit is alleen het geval als er kinderen instromen die vanuit groep 5 komen. Mocht dit nog niet zo zijn, dan zullen referentieniveaus een actieve rol gaan spelen vanaf het 3e schooljaar wanneer Wereld Weide wordt geopend. Vanaf dat een kind taal- en rekenvaardigheden oefent op groep 6 niveau zal ook het referentieniveau van het kind op dat moment in kaart worden gebracht. Dit wordt gedaan d.m.v. toetsing vanuit IEP (inzicht eigen profiel). 

      taal

      De taaltoetsen vanaf leerjaar 6 sluiten aan bij het Referentiekader Nederlandse taal en geven een uitslag op het behaalde referentieniveau <1F, 1F en 2F. De vaardigheden lezen en taalverzorging van leerjaar 3 t/m 5 zijn gebaseerd op de leerstoflijnen van SLO, de TULE kerndoelen en de Leerlijnen Taal van Expertise Centrum Nederland. Daarnaast kun je in groep 7 en 8 ook de woordenschat van de leerlingen meten en in groep 8 ook de schrijfvaardigheid op referentieniveau 1F en 2F.

      Het onderdeel taal bevat:

      • technisch lezen
      • taalverzorging (spelling)
      • lezen
      • schrijven
      • woordenschat


      De rekentoetsen vanaf leerjaar 6 sluiten aan bij het Referentiekader rekenen en geven een uitslag op het behaalde referentieniveau. In de rekentoetsen worden de volgende onderdelen getoetst op 1F, 1S en 2F:

      • getallen
      • meten en meetkunde
      • verbanden
      • verhoudingen


      De toetsen van leerjaar 3 t/m 5 zijn gebaseerd de SLO-tussendoelen. Bij rekenen maken we gebruik van contextvragen en kale sommen.


    3. Uitstroomprofiel

      Buitenwijs streeft ernaar dat elk kind uitstroomt op het referentieniveau dat past bij het leertempo en vermogen van het kind. Op schoolniveau streven wij ernaar dat alle kinderen tenminste het referentieniveau 1F beheersen zodra ze de basisschool afronden, tenzij na uitvoerige evaluatie is afgestemd dat dat voor het kind op dat moment niet haalbaar is. Daarnaast hebben wij de ambitie dat ieder kind die meer aankan uitstroomt op  IS/2F niveau. Het zal per schooljaar verschillen welk percentage dit precies is, maar voor de start is dit percentage op 70% gezet.



      Rekenen

      Lezen

      Taal

      32AW

      School

      1F

      1S

      1F

      2F

      1F

      2F


      Buitenwijs

      95%

      70%

      100%

      70%

      100%

      70%


      De inschatting van het referentieniveau van elk kind op het doorstroom moment in het laatste schooljaar van de basisschool wordt in eerste instantie gedaan door de coach & het team van medewerkers. Zij hebben het kind jarenlang geobserveerd en de ontwikkeling in kaart gebracht. Ter controle van deze inschatting zal de IEP doorstroom toets gemaakt worden door ieder kind. In groep 7 wordt een pré-advies en in groep 8 een schooladvies berekend. Het IEP LVS doet automatisch een uitspraak over het advies voor het vervolgonderwijs aan de hand van de resultaten op taal en rekenen. Dit wordt naast het advies van de coach gelegd. Er zal altijd vanuit vertrouwen in het kunnen van het kind worden gehandeld.

      Buitenwijs stelt bewust geel doelstellingen op voor het het schooladvies. Het schooladvies is volledig afhankelijk van de groep kinderen die op dat moment van school af gaat, dit kunnen wij nog niet voorzien. Recht doen aan ieder kind, en dus een passend advies geven, is het uitgangspunt. 


    4. Inoefenen vanuit leerlijnen

      Ondanks dat de referentieniveaus pas vanaf groep 6 in kaart worden gebracht, start de voorbereiding hierop al Wereld Water (groep 1, 2 en 3).  Voor het inoefenen en beheersen van taal- en rekenvaardigheden wordt er gewerkt vanuit leerlijnen. Er is gekozen voor de Leerlijnen van Nieuw Leren (zie bijlage). 

      Deze leerlijnen geven een helder overzicht van de verschillende domeinen met hun vaardigheden en de ontwikkelingsvolgorde hiervan. Deze leerlijnen zijn een houvast voor de coaches, en later ook voor de kinderen als hun eigenaarschap over het eigen leerproces toeneemt. Het is zowel de houvast om te kijken wat een kind al beheerst, als om te zien wat de volgende stap is. Instructies en andere leeractiviteiten zullen steeds gecreëerd worden op basis van deze leerlijnen. Het is de houvast in het onderwijsaanbod op het gebied van taal- en rekenvaardigheden. 

      Het werken met leerlijnen vergroot het onondorbroken ontwikkelingsproces. Kinderen hoeven geen dingen te herhalen die ze allang snappen en slaan ook geen belangrijke stappen over. Bij instructiemomenten worden ze gegroepeerd met andere kinderen die toe zijn aan dezelfde ontwikkelstappen. Zo leren ze echt in de zone van naaste ontwikkeling en ontwikkelen ze, naast belangrijke basisvaardigheden, ook zelfvertrouwen.

      Leerlijn_rekenen_(1).pdf

      Leerlijn_Taal_-_Tussen....pdf


    5. Vanuit bewezen bron materiaal

      Op Buitenwijs maken we gebruik van bewezen methodieken en putten we veel uit moderne methodes. Voor taal-en rekenonderwijs zijn er verschillende methodieken en methodes geselecteerd. Bij het oefenen van een leerdoel zal er gebruikt worden van deze materialen. Denk bijv. aan de rekenspellen van de ' Met Sprongen Vooruit' kast, de leesboekjes van 'Lijn 3' of de handschrift- schriften van 'Aan Boord'.  Een totaaloverzicht van de aangeschafte bron materialen voor reken- en taal voor de Wereld Water (gr. 1, 2 en 3) vind je bij het hoofdstuk 'praktische vormgeving onderwijs'.


    6. Inzicht in de ontwikkeling

      Het inzicht in de ontwikkeling van van taal- en rekenvaardigheden wordt op diverse manieren in kaart gebracht. In eerste instantie door observatie en inzicht in het gemaakte werk. Het gemaakte werk van kinderen komt in het eigen portfolio. Gedurende elke wereld (Wereld Water, Wereld Woud, Wereld Weide) krijgen alle kinderen een nieuw, eigen portfolio, waarin de hele brede ontwikkeling ( op alle ontwikkelpijlers) in kaart wordt gebracht. De leerlijnen van Nieuw leren worden ook, als afvinklijst, toegevoegd in deze portfolio's. Zo kunnen vaardigheden die als ' beheerst' worden geobserveerd afgekruist worden.

      Vanaf dat het kind bezig gaat met reken- en taalvaardigheden op groep drie niveau zal hier het toetsen met de IEP aan toegevoegd worden. Twee keer per jaar maakt een kind dan (de volgende) IEP toets. De IEP toets wordt pas aangeboden als hetgene wat getoetst wordt ook al aangeboden is geweest aan het kind. Verder vinden wij het belangrijk dat het het kind de meting doet op een moment dat het goed past en die er ook zin in heeft.  De resultaten van de IEPhiervan zullen ook in het portfolio worden opgenomen. Het maken van de IEP zien wij als een controle middel voor het geen dat al is geobserveerd door de coach. Voor de kinderen is het een mooie manier om inzicht te krijgen in wat ze al kunnen en wat ze hebben geleerd t.o.v. de vorige keer. Voor de jongere kinderen zullen de observaties ook in het IEP LVS worden vastgelegd. Er worden hier nog geen toetsen afgenomen.

  3. 4.3. Burgerschap


    1. Visie op Burgerschap

      De ontwikkeling tot het zijn van een veerkrachtige wereldburger neemt een zeer belangrijke positie in binnen Buitenwijs. Volgens de visie van Buitenwijs is burgerschap niet iets wat je onderwijst en/of leert uit boeken, maar iets wat je ontwikkelt door het op een betekenisvolle manier te ervaren en te doorleven. Wij veronderstellen dat je vanuit een veilige en betekenisvolle leercontext en het zelfbewust denken en handelen leert hoe je op een constructieve wijze je eigen leven kunt vormgeven. Dit op een manier die bij je past en zo een (eigen) positie kunt innemen in de wereld. Pas wanneer dit lukt en wij hiertoe ieder kind hebben uitgenodigd en uitgedaagd, heeft Buitenwijs haar taak volbracht.

      Kortom, wereldburgerschap en daarbinnen ook burgerschap zoals omschreven in art. 8, derde lid en lid 3a, WPO, zit in de haarvaten van Buitenwijs. Hieronder wordt beschreven hoe het vanuit verschillende invalshoeken een prominente plek heeft:

      • Een diverse en inclusieve omgeving die de samenleving representeert: Hoe kun je je ontpoppen tot een wereldburger wanneer je opgroeit in een (te) eenzijdige omgeving? Buitenwijs wordt een plek vol wereldburgers. Buitenwijs vormt een afspiegeling van de maatschappij, maar dan in het klein: een mini-maatschappij. Diversiteit en inclusie, zowel onder de leerlingen als de begeleiders, alsook binnen de inhoud van de leerprogramma's, is hierbij een belangrijk uitgangspunt. Om die diversiteit te verkrijgen en te behouden zet Buitenwijs actief in op onderwijsintegratie, vergaand passend onderwijs, samenwerking met zusterscholen over de hele wereld en diverse schoolbegeleiders (zie 5.1 personeelsbeleid) en het schenken van aandacht aan diversiteit en inclusie binnen de inhoud van de leerprogramma's. 
      • Een open school die in verbinding staat met de wijk: Hoe kun je snappen hoe de wereld 'werkt' wanneer je je elke dag omgeeft in een omgeving die volledig afgesloten van is? Buitenwijs kijkt over de grenzen van de eigen school. Zij opent zichzelf voor de omgeving, de mensen, (publieke) organisaties en ondernemers uit de buurt. Wij leggen (actief) verbindingen tussen verschillende praktijken: wij verwelkomen de 'wereld buiten' binnen onze school om contacten te leggen en met en van elkaar te leren, bijvoorbeeld door 'de wereld buiten' skills over te laten dragen aan de kinderen van Buitenwijs. 
      • Projecten met een burgerschapsinsteek: Hoe kun je bevatten wat burgerschap is en kan zijn wanneer je het niet direct kan of mag ervaren en en onderdeel van bent? Op Buitenwijs zullen veel projecten (dagritme- schoolgids 2023- 2024) burgerschapsprojecten zijn, voornamelijk gericht op duurzaamheids- en globaliseringsvaardigheden.
      • Ruimte voor eigen (burgerschap)initiatief: Hoe kun je opgroeien tot veerkrachtige wereldburger, wanneer je eigen authenticiteit en eigen initiatieven geen plek kunnen krijgen? Burgerschap gaat over initiatief nemen. Het gaat over het boven het maaiveld (durven) uitsteken, zelf (kritisch) nadenken, je eigen standpunt (durven) innemen en (samen) de handen uit de mouwen steken. Wij zien Buitenwijs als een experimenteerruimte en oefenplaats. Op Buitenwijs is er altijd plek voor het eigen initiatief van het kind, zowel binnen het onderwijsaanbod en -tijd als daarbuiten. Kinderen krijgen de ruimte om eigen ideeën verder te brengen, bijvoorbeeld rondom de inrichting van het schoolterrein of binnen de vormgeving van de projecten. Er worden een verscheidenheid aan essentiële competenties en eigenschappen getraind, zoals verantwoordelijkheidsbesef, eigen initiatief, moed/lef, onderzoekende houding, kritisch denken, communiceren, plannen/organiseren, besluitvorming, samenwerken, et cetera.
      • Aangesproken worden als burger: Hoe kun je je rol en betekenis als burger ontdekken, wanneer je voornamelijk aangesproken wordt op je rol als scholier? Kinderen op Buitenwijs kunnen in de context van de eigen school ondervinden hoe een samenleving draait, doordat zij in een verscheidenheid aan processen worden betrokken. Zelfs bij het besturen van de school. Het doorleven van verschillende democratische principes, vanuit een betekenisvolle context, is zeer effectief in groeiend begrip van de democratische rechtsstaat.

      Zo dragen wij samen bij aan de overkoepelende visie van Buitenwijs op burgerschap: het genereren van een mini-maatschappij. Dit als een afspiegeling van de échte maatschappij waar kinderen (zelfstandig) in terecht zullen komen na het afronden van de schooltijd. Door Levend te Leren (zie Schoolgids 2023 - 2024) zullen kinderen een steeds steviger fundament in zichzelf bouwen om hun eigen burgerschap en positie in de wereld in te kunnen nemen op diverse en complexe terreinen.

      Een uitgebreidere versie van de visie op burgerschap vind je in de bijlage.

      Burgerschap_(1).pdf


    2. Burgerschap doelen in samenhang

      Op Buitenwijs werken we met  de doelen voor Burgerschap van curriculum.nu. Deze zijn gekoppeld aan de kerndoelen van SLO. Binnen Buitenwijs zijn een groter aantal kerndoelen uitgekozen dan in vele burgerschap handleidingen voor primair onderwijs staan gevat. Wij kiezen hier bewust voor, om een significante invloed te hebben op burgerschapsvorming en daarmee op hoe het kind en de (jong) volwassene in het leven staat, de relatie met zichzelf, en de relatie met de ander en de wereld als geheel. 

      De burgerschapsdoelen zijn weer gekoppeld aan de Buitenwijs Ontwikkelpijlers. Een overzicht hiervan vind je in de tabel hieronder.

    3. Burgerschap in Wereld Water
      Ontwikkelpijler Concreet leerdoel burgerschap Kerndoel
      Basiswijs

      Vrijheid en gelijkheid; Kinderen leren van, door en over de waarden van de democratische rechtsstaat. Dit begint met regels/afspraken in de eigen leefomgeving en breidt uit naar de publieke ruimte en samenleving.

      Macht en inspraak; Kinderen leren manieren waarop ze besluitvormingsprocessen op vreedzame wijze kunnen beïnvloeden. Ze maken kennis met macht en gezag en de wijze waarop dit georganiseerd is op verschillende niveaus.

      Democratische cultuur; Kinderen leren dat hun stem gehoord wordt en dat hun inbreng ertoe doet bij besluitvormingsprocessen in de klas. Zij ervaren dat de ander ook een stem heeft en ontdekken daarbij overeenkomsten en verschillen tussen mensen.

      Denk en handelwijzen; Kinderen leren kritisch denken en handelen, empathische vermogens, ethisch redeneren en communiceren. Deze denk- en handelwijzen worden toegepast in samenhang met de inhouden van de overige bouwstenen.

      Kerndoel 3 De kinderen leren informatie te beoordelen in discussies en in een gesprek dat informatief of opiniërend van karakter is en leren met argumenten te reageren.

      Kerndoel 12 De kinderen verwerven een adequate woordenschat en strategieën voor het begrijpen van voor hen onbekende woorden. Onder 'woordenschat' vallen ook begrippen die het leerlingen mogelijk maken over taal te denken en te spreken.

      Kerndoel 54 De kinderen leren beelden, muziek, taal, spel en beweging te gebruiken, om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren.

      Kerndoel 57 De kinderen leren op een verantwoorde manier deelnemen aan de omringende bewegingscultuur en leren de hoofdbeginselen van de belangrijkste bewegings- en spelvormen ervaren en uitvoeren.

      Ontwikkelpijler Concreet leerdoel burgerschap Kerndoel
      Eigenwijs

      Identiteit; Kinderen ontdekken hun primaire en secundaire emoties, ambities, talenten en ontwikkelpunten. Ze raken bewust van identiteitsvorming en reflecteren op tradities, vieringen en rituelen.

      Kerndoel 34 De kinderen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van henzelf en andere

      Ontwikkelpijler Concreet leerdoel burgerschap Kerndoel
      Sociaalwijs

      Diversiteit; Kinderen leren woorden te geven aan wat de ander doet en wil en ontdekken daarin overeenkomsten en verschillen. Ze leren onderlinge conflicten vreedzaam op te lossen. Ze maken kennis met levensbeschouwelijke stromingen. 

      Solidariteit; Kinderen ontwikkelen manieren om de eigen en de belangen van anderen te behartigen; alsmede uitsluiting, onrechtvaardigheid, discriminatie en ongelijke behandeling te herkennen en benoemen.

      Kerndoel 2 De kinderen leren zich naar vorm en inhoud uit te drukken bij het geven en vragen van informatie, het uitbrengen van verslag, het geven van uitleg, het instrueren en bij het discussiëren.

      Kerndoel 35 De kinderen leren zich redzaam te gedragen in sociaal opzicht, als verkeersdeelnemer en als consument.

      Kerndoel 37 De leerlingen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen.

      Kerndoel 38 De kinderen leren hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen, en ze leren respectvol om te gaan met seksualiteit en met diversiteit binnen de samenleving, waaronder seksuele diversiteit.2

      Kerndoel 55 De kinderen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren.

      Kerndoel 58 De kinderen leren samen met anderen op een respectvolle manier aan bewegingsactiviteiten deelnemen, afspraken maken over het reguleren daarvan, de eigen bewegingsmogelijkheden inschatten en daarmee bij activiteiten rekening houden

      Ontwikkelpijler Concreet leerdoel burgerschap Kerndoel
      Natuurwijs

      Duurzaamheid; Kinderen leren in duurzaamheidskwesties over verschillende waarden en belangen en de gevolgen daarvan voor de leefomgeving, nu en later. Ze leren duurzame keuzes te herkennen en te reflecteren op hun eigen gedrag.

      Kerndoel 39 De kinderen leren met zorg om te gaan met het milieu

      Ontwikkelpijler Concreet leerdoel burgerschap Kerndoel
      Wereldwijs

      Globalisering; Kinderen verkennen hoe zij zelf, klasgenoten en andere mensen in Nederland verbonden zijn met andere delen van wereld en leren over internationale samenwerking.

      Kerndoel 14 De kinderen leren in het Engels informatie te vragen of geven over eenvoudige onderwerpen en zij ontwikkelen een attitude waarbij ze zich durven uit te drukken in die taal.

      Kerndoel 36 De kinderen leren hoofdzaken van de Nederlandse en Europese staatsinrichting en de rol van de burger.

      Kerndoel 38 De kinderen leren hoofdzaken over geestelijke stromingen die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen, en ze leren respectvol om te gaan met seksualiteit en met diversiteit binnen de samenleving, waaronder seksuele diversiteit.2

      Kerndoel 47 De kinderen leren de ruimtelijke inrichting van de eigen omgeving te vergelijken met die in omgevingen elders, in binnen- en buitenland, vanuit de perspectieven landschap, wonen, werken, bestuur, verkeer, recreatie, welvaart, cultuur en levensbeschouwing. In ieder geval wordt daarbij aandacht besteed aan twee lidstaten van de Europese Unie en twee landen die in 2004 lid werden, de Verenigde Staten en een land in Azië, Afrika en Zuid-Amerika.

      Kerndoel 53 De kinderen leren over de belangrijke historische personen en gebeurtenissen uit de Nederlandse geschiedenis en kunnen die voorbeeldmatig verbinden met de wereldgeschiedenis

      Kerndoel 56 De kinderen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed.

      Ontwikkelpijler Concreet leerdoel burgerschap Kerndoel
      Ontwerpwijs

      Technologisch burgerschap past ook in deze ontwikkelpijler. Kinderen werken samen in projecten waarbij ze de technologische ontwikkelingen zelf toepassen.

      Kerndoel 45 De kinderen leren oplossingen voor technische problemen te ontwerpen, deze uit te voeren en te evalueren.

      Ontwikkelpijler Concreet leerdoel burgerschap Kerndoel
      Digiwijs

      Technologisch burgerschap; Kinderen leren over de invloed van technologische ontwikkelingen op henzelf en hun leefomgeving. Ze leren ethische kwesties te herkennen en gaan in gesprek over verschillende perspectieven, die ze zelf kunnen innemen.

      Digitaal samenleven; Kinderen leren over de effecten van de online wereld op hun identiteit, persoonlijke (online) leven en op de publieke sfeer. Ze leren kritisch en creatief denken over media-inhouden en -processen en daar ook naar handelen.

      Kerndoel 45 De kinderen leren oplossingen voor technische problemen te ontwerpen, deze uit te voeren en te evalueren.

      Ontwikkelpijler Concreet leerdoel burgerschap Kerndoel
      Bovenwijs

      Kinderen mogen in deze ontwikkelpijler zelf keuzes maken en het geleerde van kerndoelen hierboven toepassen. Ze krijgen de vrijheid om dat te volgen waar hun interesse ligt. Kerndoel 34 ligt hier aan ten grondslag.

      Kerndoel 34 De kinderen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van henzelf en anderen.


    4. Leerlijn Wereld Water

      Voor Wereld Water zijn de overkoepelende doelen vertaald naar een leerlijn voor het jonge kind. Binnen de leerlijn zijn verschillende doelen gegroepeerd tot modules. Elke module komt met bijbehorende (suggesties van) leeractiviteiten. Denk aan actieve spelvormen of educatieve en/of filosofische gesprekken aan de hand van een (prenten)boek, rondom modules als 'besef van jezelf/identiteit', besef van de ander', 'relatievaardigheden', 'zelfmanagement' of 'verantwoorde keuzes maken'. Tijdens het onderwijsontwerp proces van de onderwijsperiode zal steeds een module specifiek gekozen worden en betekenisvol worden ingebed in het thema en de onderwijsperiode. Zo komen de beoogde doelen tijdens doelgerichte, formele onderwijsactiviteiten aan bod.

      De begeleiders binnen Buitenwijs erkennen dat zij niet enkel binnen de formele leeractiviteiten een cruciale schakel zijn binnen burgerschapsvorming. De doelen worden ook geoefend binnen de informele, alledaagse situaties. Zij zijn een rolmodel. Het vraagt om een mindset gericht op burgerschapsvorming. Zij zullen de aandacht van de kinderen in een continu proces richten op uitgangspunten van de beoogde burgerschapsvorming. Dit komt bijvoorbeeld tot uiting in de taal die zij kiezen, bijvoorbeeld tijdens ruzies en conflicten of hoe een nieuw groepsgenootje in de klas wordt verwelkomt. Maar ook ten opzichte van boeken die worden gebruikt in de klas: bezitten deze voldoende diversiteit en worden er diverse wereldbeelden getoond? Hoe gaan zij om met framing in de (sociale) media en hoe maken zij kinderen hier bewust van?

      Per kind zal worden bijgehouden in het portfolio welke module is gevolgd, zodat alle modules aan het einde van de Wereld Water allemaal aan bod zijn gekomen. In het portfolio vind je ook een burgerschapspaspoort, waar de burgerschapsontwikkeling van een kind in wordt bijgehouden. 

      Voor de Wereld Woud en Wereld Weide, de kinderen van 7+ jaar, zullen de modules worden doorontwikkeld door serious games die een hele periode, of zelfs een heel schooljaar of 'wereld tijd' zich afspelen. Dit is een ontwikkelambitie die verder staat uitgewerkt bij 'Ambities met betrekking tot onderwijs en ondersteuning'.

      Een uitwerking van van de leerlijn voor Wereld Water vind je in de bijlage.

      Modules_burgerschap_We....pdf

  4. 4.4. Middageten


    1. Eten met aandacht


      Binnen Buitenwijs is het onderwijsprogramma met zorg ontworpen. Het programma is integraal en besteed onder andere veel aandacht aan de sociale vaardigheden, de emotionele ontwikkeling en het tegemoetkomen aan eigen behoeften en energieflow van kinderen. Binnen Buitenwijs is het op de lange schooldagen tot 15.00 uur niet mogelijk om tijdens het middageten naar huis te gaan. Dit betreft drie keer  15 min per week (12:00 uur – 12:15 uur). We creëren de eetmomenten bewust en met aandacht. De dagelijks terugkerende eetmomenten zijn daarmee een onderdeel van het onderwijsprogramma. Het wordt gebruikt als waardevolle ingang om dagelijks (op repeterende wijze) te werken aan de sociale, emotionele en cognitieve ontwikkeling van kinderen.    


      De onderwijsactiviteiten die worden uitgevoerd gedurende deze tijd, komen tegemoet aan verschillende kerndoelen. Deze betreffende kerndoelen, de relatie tot de ontwikkelpijlers en de onderwijshoud vind je in de tabel hieronder. De verdere vertaling naar het onderwijsprogramma vind je in de bijlage. Het betreft clusters van onderstaande punten die 'geklikt' kunnen worden aan een periode. De keuze voor het cluster wordt gemaakt in de voorafgaande periode. Dit is onderdeel van de onderwijs ontwerpcyclus.


      Onderwijstijd__2023_-_....pdf

    2. Middageten
      Ontwikkelpijlers Leerinhoud Kerndoelen
      Sociaalwijs

      Sociale en emotionele ontwikkeling
      Tijdens het middageten staan wij stil bij vaardigheden ontwikkelen als communicatie, samenwerking en conflictbeheersing.  

      Kerndoel 35: De kinderen leren zich redzaam te gedragen in sociaal opzicht, als verkeersdeelnemer en als consument. 

      Ontwikkelpijlers Leerinhoud Kerndoelen
      Natuurwijs

      Educatieve gesprekken
      Het middageten wordt benut voor educatieve gesprekken tussen leerlingen en coaches. Dit kan gaan over actuele gebeurtenissen, maar ook over de werking van het menselijk lichaam, energiebalans en de functie van voeding daarin. Wat kan het lichaam doen met brandstof? (bijv. Hoe werkt het eet- slik- en verteer proces, stijgen en dalen van de bloedsuikerspiegel, etc., maakt dat je kunt wandelen, dansen, tillen, etc.) Maar ook over de oorsprong van voeding; Hoe groeit het? Welke weg heeft je eten moeten afleggen om in je broodtrommel terecht te komen?

      Kerndoel 41: De kinderen leren over de bouw van planten, dieren en mensen en over de vorm en functie van hun onderdelen.

      Ontwikkelpijlers Leerinhoud Kerndoelen
      Basiswijs

      Gezonde gewoonten en denkbeelden  
      Tijdens het middageten bevorderen we gewoonten en (denk)beelden gericht op gezonde voeding, eetgewoontes, lichaamsbewustzijn, voedselbewustzijn en lichaamsbeeld. Dit draagt niet alleen bij aan het fysieke welzijn van het kind, maar ook aan het al op jonge leeftijd werken aan het begrip van gezonde levens stijlkeuzes. Dit heeft een niet te onderschatten invloed op de brede ontwikkeling van het kind (denkend aan: fysiek, mentaal, sociaal, emotioneel, spiritueel).
      Echter maken wij (on)gezonde gewoonten nooit zwart/wit. Hiermee erkennen wij op dat kinderen al op jonge leeftijd te maken krijgen met geïdealiseerde schoonheidsidealen en aanverwante overtuigingen (bijv. dat dunnere lichamen betere, mooiere lichamen zijn). Van hieruit is het voedingsmiddelen labelen in 'gezond' of 'ongezond' niet wat we doen. Dit werkt een dieetcultuur in de hand. En net zoals alle sociale normen, verwachtingen en cultuur, verinnerlijken kleuters hier meer van dan we denken/zouden willen. Wij erkennen dit, o.a. doordat we stellen dat ALLE voedingsmiddelen een zekere mate van voedingswaarde kunnen bieden. Zo is suiker bijvoorbeeld een koolhydraat die energie levert en is vet essentieel voor onze hersenen, etc.

      Kerndoel 34: De kinderen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van henzelf en anderen. 

      Ontwikkelpijlers Leerinhoud Kerndoelen
      Wereldwijs

      Culturele Uitwisseling
      het middageten wordt gebruikt om culturele diversiteit te bevorderen. Leerlingen kunnen kennis maken met eetgewoonten, gerechten en tradities uit verschillende culturen waardoor ze cultureel begrip en respect ontwikkelen voor de wereld om hen heen.

      Kerndoel 37: De kinderen leren zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen. 

      Ontwikkelpijlers Leerinhoud Kerndoelen
      Eigenwijs

      Reflectie en zelf- en lichaamsbewustzijn
      Het middageten biedt de mogelijkheid kinderen uit te nodigen tot mindfull eten; bewust eten met aandacht (als rustpunt in de dag) en reflectie op zichzelf en de ander. Dit bevordert het bewustzijn van het eigen lichaam (het in je lijf aanwezig zijn). Zo kan bijvoorbeeld ingegaan worden op het voeden van je lichaam en in contact zijn met je lijf door o.a. honger en verzadiging als prikkel te voelen (met vragen als: heeft je lichaam behoefte aan brandstof? Hoe voel je dat? Wanneer heeft het genoeg? Hoe voel je dat?). Zo werken wij al op een jonge leeftijd aan het opbouwen van een gezonde relatie met je lichaam/lichaamsbeeld.

      Kerndoel 34: De kinderen leren zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid van henzelf en anderen.

  5. 4.5. Beweegonderwijs


    1. Bewegend leren

      Op Buitenwijs bewegen we graag en veel, zowel binnen als buiten. Daarbij creëren we een rijke leeromgeving, zowel tijdens het vrij spelen als tijdens de gymles. Buiten worden kinderen uitgedaagd door een uitdagend en groen schoolplein, in de gymzaal door prikkelende arrangementen, die kinderen uitnodigen om zich op hun eigen niveau te ontwikkelen. Bewegen is van essentieel belang voor de totale ontwikkeling van kinderen. Wanneer kinderen plezier beleven aan bewegen en al vanaf jongs af aan een breed aanbod aangereikt krijgen, draagt dit bij aan een duurzame sportdeelname en een gezonde actieve leefstijl. 

      Ons bewegingsonderwijs heeft tot doel om kinderen allereerst beter te leren bewegen. Daarnaast leren we kinderen om goed voor zichzelf en hun omgeving te zorgen. Tijdens de lessen prikkelen we kinderen tot creatief spel, oefenen we samenwerken, helpen we elkaar en reguleren we zelf onze activiteiten. Naarmate de kinderen ouder worden, krijgen ze steeds meer eigen verantwoordelijkheid en zelfstandigheid en spelen ze een actieve rol bij het reguleren van activiteiten, ook de lessen bewegingsonderwijs. Aan de lessen ligt een vakwerkplan ten grondslag, geschreven door een vakleerkracht bewegingsonderwijs. Twee keer per week krijgen de kinderen bewegingsonderwijs in een gymlokaal door een vakleerkracht, of bevoegde groepsleerkracht, op Buitenwijs noemen we dit Coaches. Tijdens Skills kunnen ook bewegingsactiviteiten op het programma staan, denk aan dans of buitensport, ook hier aangeboden (of begeleid) door een specialist. 

  6. 4.6. Praktische vormgeving onderwijs


    1. Adaptief onderwijs

      Op Buitenwijs maken we adaptief onderwijs mogelijk. Dit doen we door heel duidelijke processen te schetsen op het gebied van onderwijsontwerp- en realisatie. We stellen niet alles van te voren inhoudelijk vast; dat is per definitie niet adaptief, maar stellen wel het procés vast en vertrouwen erop dat het volgen van dit proces leidt tot goed onderwijs. 

      1. Strakke organisatie van Onderwijs;  denk aan dag- week en periode ritmes in combinatie met 'de werelden'
      2. Helder proces van onderwijsontwerp, waarbinnen de kerndoelen & referentiekaders én burgerschap gewaarborgd zijn.
      3. Bewezen bronmateriaal om onderwijs mee vorm te geven en een ononderbroken ontwikkeling te borgen
      4. Instructiegroepen op zone van naaste ontwikkeling en leertempo
      5. Een overzichtelijk (whole) kindvolgsysteem 
      6. Een all-in jaarindeling en planning; van wekelijkse teammiddagen tot kwaliteitsmomenten vanuit de kwaliteitscyclus 


      Hieronder worden alle bovengenoemde onderdelen stap voor stap toegelicht.


    2. Dag- en weekritme

      Om tot creativiteit te komen heb je kaders nodig. De kaders op Buitenwijs vind je terug in hoe de dagen, weken en periodes zijn ingericht. Momenteel is dat (nog) op basis van een 40- weken schooljaar. Dat zal op den duur evalueren tot een 50 (of 49 weken) weken schooljaar (zie ambities) Hieronder zie je visuals van het dag- week ritme en van de opbouw van de periode. Deze vind je, inclusief toelichting, ook in de Schoolgids 2023-2024.

      Kinderen op Buitenwijs zitten bij elkaar in een coachgroep. Een coachgroep bestaat uit maximaal 18 kinderen (uitgezonderd van terloopse instroom gedurende het jaar). In 2023-2024 zijn er twee coachgroepen. Beiden hebben twee coaches; de een werkt standaard op Di/Wo en de ander op Do/Vrij/Ma.  De coachgroepen vormen samen één wereld. Voor 2023-2024 is dat enkel de Wereld Water voor het jonge kind (t/m 7 jaar). In de opvolgende jaren zullen ook Wereld Woud en Wereld Weide geopend worden (zie ambities). Kinderen komen gedurende de dag en week veel in aanraking met kinderen uit de andere coachgroepen binnen dezelfde worden. 

       




    3. Onderwijsontwerp proces

      Het proces van onderwijsontwerp staat hieronder beschreven. Het onderwijs wordt ontworpen in cicli bestaande uit 7 weken. Dit zijn de 6 themaweken + 1 regeneratieve week. Telkens worden de ver-rijkende leeromgeving en bijpassende leeractiviteiten ontworpen in de periode ervoor. Dit zorgt voor enige adaptiviteit. Gedurende de periode, is er op specifieke momenten in het dag- en/of weekritme ook ruimte voor adaptiviteit. De activiteiten rondom het in kaart brengen van, volgen en bespreken van de ontwikkeling van de kinderen is ook in onderstaand schema opgenomen.

      Het onderwijsontwerp is een intensief samenwerkingsproces waarbij coaches, andere begeleiders en schoolleiding steeds samen tot prachtig onderwijs komen. 


    4. Ononderbroken ontwikkeling

      Om de ononderbroken ontwikkeling van de kinderen te borgen werken we met kwalitatieve bronmaterialen en methodes. Voorop staat dat we kinderen kunnen uitdagen, stimuleren en motiveren om waar dat kan al spelend en bewegend te leren. Waarbij de nieuwsgierigheid van kinderen gevolgd wordt om de intrinsieke motivatie te behouden.

      Hieronder zie je een eerste overzicht van het bronmateriaal waarmee gewerkt gaat worden in de Wereld Water;

      Taal

      • Jonge kind: Werkmap Fonemisch Bewustzijn - CPS
      • Technisch lezen en spellen:  Zo leer je kinderen lezen en spellen van José Schraven in combinatie met Lijn 3 - Malmberg
      • Taalrondes - Stichting Taalvorming


      Rekenen

      • Jonge kind: Werkmap Gecijferd Bewustzijn - CPS
      • Met Sprongen Vooruit - Menne Instituut
      • Er wordt momenteel gekeken naar Montessori rekenmateriaal als aanvulling


      Schrijven

      • Jonge kind: Krullenbol - Die Keure: Oefenen in schrijfritmiek en grootmotorisch bewegen
      • Aan boord - De Schrijfvriend


      Begrijpend lezen

      • Close Reading - Uitgeverij Pica


      Engels

      • Native speaker
      • Masiy grows a garden


      Expressie

      • Hop Up: Innovatief en modulair Speelconcept met Open Einde (3 -12 jaar), geeft kinderen de ruimte om vrij te spelen, ontdekken, creëren en bewegen.



    5. Instructie

      Op Buitenwijs werken we met kleine instructiegroepen. Kinderen binnen de Wereld Water krijgen instructie in taal- en rekenvaardigheden van coaches die zich daarin gespecialiseerd hebben. Twee coaches geven het taalonderwijs en de andere twee rekenonderwijs. Aan de start van het schooljaar wordt een inschatting gemaakt, door taal - en rekenspelletjes te doen, van het niveau, leerstijl en leertempo van de verschillende kinderen. Op basis hiervan worden instructiegroepjes vorm gegeven. Aan het einde van elke periode wordt kort geëvalueerd of een kind wellicht beter naar een andere instructie groep kan. Deze manier van werken borgt een positieve leerervaring én een ononderbroken ontwikkeling in de zone van naaste ontwikkeling. 

      Als startende school zijn we ons bewust van de beperkende mogelijkheden. Waar extern differentieren niet mogelijk is, wordt er intern gedifferentieerd.

      De instructie momenten zijn zo ingericht dat naast de uitleg ook met het inoefenen plaatsvindt. Er wordt hier gewerkt met behapbare doelen. Deze doelen komen uit de leerlijnen van 'Nieuw Leren'. (Zie bijlage). Doelen zullen in logische volgorde worden aangeboden. Het verwerken, oefenen en toepassen vindt plaats in de rijke hoeken waar kinderen veelal vanuit eigen plannen (of anders vanuit werkbladen) aan te de slag gaan met verwerking. Tijdens groepsactiviteiten zoals een dagstart, afsluiting, eet-moment of tijdens het ' op avontuur' kan er herhaling plaatsvinden.

      Tijdens instructiemomenten zal vaak het IGDI model worden ingezet. Kinderen die baat hebben ontvangen de directe instructie.  Met daarbij nadruk op begeleide inoefening en verlengde instructie. 

      • Doel benoemen – specifiek maken – startsituatie bepalen
      • Presentatie – modeling 
      • Begeleide inoefening – voor kinderen met aanpak (intensivering)
      • Controle van Begrip 
      • Zelfstandige verwerking
      • Verlengde instructie – voor kinderen met aanpak (intensivering)
      • Afsluiting (check)



    6. Kindvolgsysteem

      Op Buitenwijs hanteren we een overzichtelijk kindvolgsysteem dat de brede ontwikkeling van het kind in kaart brengt. Alle bevindingen komen samen in één fysieke portfolio map. Na elke periode kiest een kind samen met de coach welk werk er in de map komt. het proces, en de beleving hiervan, wordt hierbij ook inzichtelijk gemaakt. Het portfolio wordt ingericht per periode, zou houdt een coach ook overzicht over wat een kind gedurende het hele jaar heeft gedaan. Naast werk van kinderen komen er ook observaties in het portfolio. Deze observaties betreffen zowel de sociaal-emotionele ontwikkeling, als de cognitieve en de creatieve ontwikkeling. Deze observaties worden gedaan op basis van verschillende instrumenten. De resultaten van de tussentijdse IEP toetsen - en vragenlijsten vind je ook terug in het portfolio. 

      Het overzicht van instrumenten, de onderdelen uit het Kindvolgsysteem, vind je hieronder;

      1.  Sociaal - Emotionele ontwikkeling
        1. Het IEP LVS bevat ‘self-assessment’-instrumenten waarmee de leerling inzicht krijgt in zijn eigen profiel. Het IEP LVS geeft een beeld van de sociale en emotionele vaardigheden en ontwikkeling van de leerling. Belangrijke aspecten die terugkomen in het profiel van de leerling zijn het beeld dat de leerling van zichzelf heeft, de manier waarop de leerling daarmee omgaat en de rol die de leerling aanneemt in sociale situaties. Ook het omgaan met en inleven in de gevoelens van jezelf en de ander wordt in beeld gebracht. Een belangrijke voorspeller voor studiesucces in het voortgezet onderwijs is hoe een leerling het leren plant en organiseert. Daarnaast spelen ook doorzettingsvermogen en prestatiemotivatie een grote rol. Deze kenmerken worden bij het onderdeel leeraanpak in kaart gebracht. Kinderen beantwoorden vragen die bijvoorbeeld gaan over hoe ze werken tijdens de les of hoe ze omgaan met het maken van opdrachten. Ook hier wordt door de vraagstelling het geven van sociaal wenselijke antwoorden beperkt.
        2. Observaties die coaches doen worden bijgehouden (voor de kinderen in Wereld Water) in het IEP LVS.
      2. Creatieve ontwikkeling
        1. Het creatief vermogen meten we middels een self-assesment binnen de IEP. Dit is gebaseerd op  een meetinstrument dat door TNO is ontwikkeld. De leerlingen geven in deze test op een zevenpuntsschaal aan in hoeverre de stellingen bij hen passen. Eigenschappen als nieuwsgierigheid, interacteren met anderen en vindingrijkheid worden in kaart gebracht. Daarnaast speelt in de test ook de context van de school mee, of daar ruimte en steun is voor kinderen om zich creatief te uiten. Op basis van de test krijgen leerlingen een passend profiel inclusief praktische handvatten voor de praktijk.
        2. 3. Observaties die coaches doen worden bijgehouden (voor de kinderen in Wereld Water) in het IEP LVS. 
        3. Daarnaast wordt, los van het gemaakte werk, gekeken naar de 9 punten uit de Diamant (ontwikkeld door de HKU - Creatief vermogen Utrecht).


      3. Cognitieve ontwikkeling

      Het inzicht in de ontwikkeling van van taal- en rekenvaardigheden wordt op verschillende manieren in beeld gebracht. 

      1. Gemaakt werk in Portfolio's. Kinderen verzamelen allerlei werk(jes) en deze ( of de foto) ervan komt in het portfolio. Coaches kunnen o.a. hieraan zien hoe het staat met de gecijferdheid & geletterdheid en de vorderingen op Burgerschap.  

      2. Naar mate de kinderen verder zijn in hun ontwikkeling gaan ze werken vanuit een eigen (zelf verzonnen of zelf gekozen) plannetje. Aan dit plan zijn een aantal doelen verbonden uit de leerlijn. Dit plan komt in het portfolio voor het gemaakte werk. Hierdoor heeft een coach snel inzicht in de doelen die een kind beheerst. Het gemaakte werkt fungeert als een bewijs. Dit zijn doelen en bewijzen uit alle ontwikkelpijlers (Zie schoolgids) incl Taal- reken en burgerschapsdoelen.

      3. Observaties die coaches doen worden bijgehouden (voor de kinderen in Wereld Water) in het IEP LVS. Voor de jongste kinderen worden deze verder niet in het portfolio afgedrukt. De nadruk voor hen licht op het trots zijn op het gemaakte werk. Ze zijn wel inzichtelijk voor ouders wanneer deze informatie gewenst is. Tevens worden ze mee genomen in groepsanalyses en schoolresultaten.

      4. Om de cognitieve ontwikkeling nog scherper in beeld te brengen en het geobserveerde te controleren, maken we ook gebruik van de volgtoetsen van IEP. (Lezen en Rekenen (leerjaar 3 t/m 8) en Taalverzorging (leerjaar 6 t/m 8) van IEP. De talentenkaart is de rapportage van het IEP Leerlingvolgsysteem (LVS). Deze wordt ook in het portfolio geplaatst. Waar de IEP nog niet is afgenomen (omdat hetgene wat gemeten wordt nog niet geheel is aangeboden) zal de ontwikkeling op deze gebieden bijgehouden worden middels de leerlijnen van Nieuw Leren. Hier zullen de coaches aanvinken welke doelen de kinderen al beheersen (of deels).

      Waar het volgen een specifieke ondersteuningsbehoefte betreft, zal deze informatie niet in het portfolio, maar in het LAS terug te vinden zijn (Parnassys). 



    7. Jaarkalender

      In de bijlage vind je de jaarkalender. Hier staan, op weekniveau, de belangrijke ontwikkel- en kwaliteitsmomenten ingepland. Van MR en RvT overleg, tot studiedag, tot zelfevaluatie, tot teamontwikkeling. Op basis van deze kalender worden de afspraken op specifieke dagen ingepland. Deze kalender is voor 2023-2024 en zal aan het einde van het schooljaar geupdate worden voor het volgende schooljaar.

      1. De kwaliteitsmomenten staan verder toegelicht bij organisatiebeleid onder kwaliteitszorg.
      2. Meer informatie over de MR vind je op de website www.onderwijstransformeert.nl op de pagina 'ouders.
      3. Meer informatie over het intern toezicht lees je in het toezichtskader. Ook deze staat op www.onderwijstransformeert.nl op de pagina 'documenten'.

      Update_jaarkalender_20....xlsx

  7. 4.7. Onderwijsprogramma


    1. Onderwijsprogramma

      Het onderwijsprogramma op Buitenwijs wordt per periode ontworpen. Zo blijven we adaptief en relevant (Zie praktische vormgeving onderwijs). Hieronder zie je het model waarin het wordt samengevat nadat het is ontworpen. Om goed zicht te hebben en te houden op het onderwijsaanbod op Buitenwijs en ontworpen periodes ook te kunnen hergebruiken zitten we ze hier achter elkaar. Aan het einde van het schooljaar 2023-2024 zijn alle 6 periodes inzichtelijk voor de Wereld Water. De schooljaren daarop zullen ze verder aangevuld worden, ook voor de andere werelden die dan opengaan. Deze tabellen zijn vast in het schoolplan geplaatst en zullen dus gedurende de komende 3 schooljaren volledig worden ingevuld. Het achterliggende materiaal ter uitwerking wordt ook goed geborgd, zodat we het kunnen hergebruiken nadat het is ontwikkeld.

      In het onderwijsprogramma vindt je alleen hetgeen wat steeds ontworpen wordt; sommige elementen, als Basiswijs en vrije tijd, lopen gewoon door. Basiswijs (Taal- en rekeninstructies) wordt afgestemd op het individuele kind vanuit de leerlijnen van Nieuw Leren (zie kerndoelen en referentiekaders). Zij leren in instructiegroepen (zie praktische vormgeving onderwijs).  Vrije tijd is vrije tijd, deze tijd wordt nooit ingevuld door coaches. Coaches spelen in deze tijd wel een belangrijke, coachende, rol. Ze helpen kinderen omgaan met frustratie, verveling, maar ook met keuzes maken, nieuwe dingen proberen én luisteren naar eigen gevoel en grenzen. (Zie dag- en weekritme schoolgids voor toelichting op alle onderdelen). Binnenwereld, de dagafsluiting, is steeds aan de coach. Die maakt in inschatting op basis van het verloop van de dag en het energieniveau van de kinderen wat een fijne afsluiting is. Dit kan een kringgesprek zijn, een (theater)spel, maar ook een meditatieoefening.

      Nieuwsgierig naar de állereerste schooldag? die vind je hieronder in de bijlage

      Het onderwijsprogramma, zoals het op grote lijnen heeft plaatsgevonden t/m maart 2024 vindt je in de bijlage genaamd 'Jaarplan'. 

      Startdag_maandag_4_sep....pdf

    2. Jaarprogramma 2024-2025 Wereld Water
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      1
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      2 t/m 8
    3. Jaarprogramma 2024-2025 Wereld Woud
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      1
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      2 t/m 8
    4. Jaarprogramma 2025-2026 Wereld Water
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      1
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      2 t/m 8
    5. Jaarprogramma 2025-2026 Wereld Woud
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      1
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      2 t/m 8
    6. Jaarprogramma 2025-2026 Wereld Weide
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      1
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      2 t/m 8
    7. Jaarprogramma 2026-2027 Wereld Water
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      1
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      2 t/m 8
    8. Jaarprogramma 2026-2027 Wereld Woud
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      1
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      2 t/m 8
    9. Jaarprogramma 2026-2027 Wereld Weide
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      1
      Schoolweek Periode nr. ontwikkelpijler en thema Verrijkende leeromgeving Aanbod: Skills, Project, Burgerschap, middageten (bron) materialen Extern invliegen
      2 t/m 8
  8. 4.8. Ondersteuning


    1. Praktische organisatie

      Op Buitenwijs bieden wij ondersteuning voor wie dat nodig heeft. Vergaand passend onderwijs is ons uitgangspunt. Welke ondersteuning wij specifiek kunnen bieden vind je terug in het ondersteuningsprofiel (SOP) die op de website staat. Voor het inschakelen van ondersteuning sluiten we aan bij het expertisecentrum van OOZ (openbaar onderwijs zwolle). Daarnaast zal een van de twee ondersteuningscoordinatoren aanslutien bij het gemeentelijke IB-overleg en ook bij het Netwerk overleg van Cluster Zwolle van het samenwerkingsverband. 

      Inclusie

      Buitenwijs is een inclusieve school. Inclusie is het recht van het individu om deel te nemen aan de samenleving en daar volwaardig te participeren, ook al personen daarvoor (tijdelijk of levenslang en levensbreed ondersteuning nodig hebben (Hoitink, 2016).

      Diversiteit is ons uitgangspunt. Kinderen leren omgaan met verschillen en iedereen wordt in zijn of haar eigenheid erkend. Inclusie ontstaat door maatwerk te bieden. Op Buitenwijs zitten kinderen van verschillende leeftijden met elkaar en door elkaar in een groep binnen hun wereld. Kinderen met ondersteuningsbehoefte of extra uitdaging blijven binnen de groep. Wel zullen er er soms kleinere groepjes worden gemaakt op basis van behoeftes, tempo of ontwikkelingsfase om bijvoorbeeld instructie te kunnen geven.


    2. Ondersteuning bieden vanuit inclusie

      We werken met aan aantal principes bij het bieden van ondersteuning en het maken van OPP (Ontwikkelingsperspectief). 

      1. Met een open blik kijken naar het gehele kind en vragen stellen; wat is de reden voor... / oorzaak van... 
      2. Opstakels voor leren en ontwikkelen weg nemen en geen nieuwe creeën; wat belemmert een positieve deelname/verbetering? Hoe kunnen we drempels weg halen?
      3. Design for all; welke oplossing levert positieve effecten op voor zoveel mogelijk kinderen? Wat doen we om negatieve effecten voor andere kinderen te voorkomen?
      4. Supportbenadering; alles wat in de groep kan, doen we niet daarbuiten. Buitenwijs heeft geen IB'er, de ondersteuningstaken worden door de coach uitgevoerd. 
      5. Uitgangspunt zijn de mogelijkheden/talenten van kinderen; aansluiten bij wat het kind kan.
      6. Uitgaan contextgebonden onderwijs, alles staat met elkaar in veebinding; in plaats van de leerstof steeds opdelen in kleinere stapjes zonder betekenis.
      7. Benut ervaringsdeskundigheid; ontwerp in samenspraak en met respect voor de ervaring van het gezin en diens netwerk.
    3.  

      Onderwijskansenbeleid

      We werken samen met de gemeente en andere schoolbesturen aan onderwijskansen voor alle kinderen in de gemeente Zwolle. Dit doen we in samenwerking met de kinderopvang, de Stadkamer, het Sociaal Wijkteam, JGZ en Travers Welzijn. 

      We nemen deel aan het programma Alle Zwolse Kinderen Lezen om lezen te bevorderen en te zorgen voor een goede boekencollectie op school.

      We vergroten de betrokkenheid van ouders bij de taal- en brede ontwikkeling van hun kind(eren) door laagdrempelig contact mogelijk te maken. We organiseren dit tijdens de koffie-momenten in de ochtend. Daarnaast bieden we workshops en/of info-avonden aan voor ouders over bijvoorbeeld het belang van thuis voorlezen en attenderen we op inzet van de Voorleesexpress als dat nodig blijkt.

      Er is een warme overdracht tussen kinderopvang/peuteropvang en school middels het Zwols Overdracht Formulier. Zo wordt de lijn van voor- en vroegschoolse educatie doorgezet. 

      Op het moment dat er sprake is van doelgroepkinderen voor vroegschoolse educatie zullen we een programma als Piramide of Kaleidoscoop gaan integreren in het onderwijsprogramma.

    4. Inclusie
    5. Inclusieve ondersteuning
      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      1

      Gelijkwaardigheid staat voorop; dit uit zich in gelijkwaardigheid in deelname aan alle/zoveel mogelijk sociale- en leeractiviteiten.

      Kinderen met een speciefieke behoefte hebben een apart programma waarbij ze niet (altijd) aansluiten bij hun groepsgenoten.

      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      2

      Ondersteuning is gericht op deelname en profijt voor de groep (of zoveel mogelijk kinderen).

      Ondersteuning alleen voor het kind met de speciale ondersteuningsbehoefte.

      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      3

      Wat door de eigen coach kan worden uitgevoerd, wordt door de coach uitgevoerd.

      Kinderen met een specifieke behoefte hebben een apart programma waarbij ze niet (altijd) aansluiten bij hun groepsgenoten.

      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      4

      Partnerschap tussen school, thuis, (externe) expertise en het (sociale netwerk).

      Ouders worden nog niet altijd gezien als serieuze gesprekspartner.

      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      5

      Interdischiplinair samenwerken vanuit de supportbenadering waarmee de vaardigheden van de coach worden versterkt. 

      Regie van de specialistische hulp ligt veelal bij de IB'er / RT'er.

      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      6

      Zeggenschap en regie voor de kinderen.

      Er wordt vooral over de kinderen gesproken en niet met de kinderen.

      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      7

      Kindgericht onderwijs, leren naar vermogen.

      Programmagericht onderwijs waarbij vrijwel alle kinderen hetzelfde programma volgen.

      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      8

      Zo min mogelijk ontkoppeling.

      Selectie, verwijzing, zittenblijven etc.

      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      9

      Teamleden werken in Werelden, waarbij meerdere personen betrokken zijn bij de ontwikkeling van kinderen.

      De leerkracht staat er alleen voor.

      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      10

      Er wordt gekeken naar het hele kind.

      Er wordt vooral gekeken naar de cognitieve prestatie.

      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      11

      Buitenwijs zegt 'dit kunnen we leren' en/of deze expert gaan we (tijdelijk) toevoegen aan het team.

      School zegt 'dit kunnen we niet' of ' dit zijn onze grenzen'.

      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      12

      De omgeving past zich zoveel mogelijk aan.

      Personen, met bijvoorbeeld een handicap, moeten zich aanpassen.

      Onderwerp Inclusieve setting Traditionele benadering
      13

      Diversiteit is een meerwaarde. Nadruk ligt op leren participeren en het opheffen van belemmeringen.

      Diversiteit is een belemmering.

  9. 4.9. Verbetermaatregelen


    1. Op kind niveau

      Op Buitenwijs doen we recht aan ieder kind. Dit kan betekenen dat het huidige model van Buitenwijs incl. het week- dag ritme, instructiegroepen etc. voor een bepaald kind niet werkt. Het garanderen van een ononderbroken ontwikkeling en een positieve leerervaring staan voorop. Door de brede ontwikkeling van het kind, inclusief het welbevinden & de betrokkenheid, doorlopend te volgen, en er elke periode (elke 7 weken) bij stil te staan, is dit gemakkelijk te signaleren.

      Als er een stagnatie wordt gesignaleerd worden onderstaande stappen doorlopen:

      • Eerst vindt een gesprek plaats tussen de coaches om het signaal te bevestigen en te verdiepen en eventuele oplossingen te verkennen.
      • Dan vindt er een gesprek plaats tussen coach & kind, een aanpassing van het programma kan hierop volgen. Denk hierbij aan het plaatsen in een andere instructiegroep, meer sturing op de 'keuzes' voor specifieke skills, extra coaching etc. 
      • Als er grotere aanpassingen nodig zijn, denk aan het wisselen van coach of van Wereld, dan vindt er hierna een gesprek plaats tussen ouder, kind & coach. Als er vermoedens zijn van grote invloed vanuit de thuissituatie op de ontwikkelstagnatie vindt er sowieso een gesprek plaats tussen ouder & coach. Of het kind hierbij aanwezig is zal per keer besloten worden.
      • Bij de derde signalering en (kleine) aanpassing op het programma wordt een OPP opgesteld.
      • Waar nodig wordt er ondersteuning ingeschakeld. Zie het SOP (www.onderwijstransformeert.nl)


      Op onderwijs doelstellingen en indicatoren

      Buitenonderwijs

      Buitenonderwijs zit in de kern van Buitenwijs. Bijna alles wat vaak binnen plaatsvindt, kan ook buiten. Onderwijs in de buitenlucht geeft een flinke boost aan het welzijn van kinderen. Het is goed voor de motorische ontwikkeling, het ruimtelijk bewustzijn en de algemene fysieke gezondheid. Daarnaast voelt het ook gewoon fijn om buiten te zijn. Zelfs als het regent. 

      • We willen samen met het team blijvend inzetten op deze doelstelling. 
      • We stellen een indicator vast van 60% buitentijd voor de eerste periode.
      • Om zicht te houden op de effectieve buitentijd zullen we de eerste periode dagelijks noteren hoeveel we buiten zijn geweest.  


      Kwaliteit Basiswijs

      Op Buitenwijs zien we Uitdrukken, Beredeneren, Bewegen en Spelen als basisvaardigheden. Bij Uitdrukken ben je bezig met taal (spelling) en kunst. Met kunst bedoelen we dans, drama, muziek en beeldende kunst. Bij beredeneren leer je kritisch en logisch denken.  Daarnaast leren kinderen rekenen en filosoferen. De vaardigheid Bewegen en Spelen zijn vaardigheden die eigenlijk van nature komen, maar die vaak worden afgeleerd. Op Buitenwijs zien we het juist als taak dat we blíjven spelen en bewegen, juist ook als we ouder worden. Spelen is dé motor achter leren.

      Op Buitenwijs borgen we de kwaliteit van Basiswijs op verschillende manieren:

      • Door goed te kijken naar kinderen, te observeren en observaties te noteren.
      • Door de ontwikkeling van kinderen bij te houden in het portfolio door de coach en door de kinderen zelf.
      • Door vanaf groep 3 de IEP toetsen af te nemen, deze zijn geen leidraad maar bedoeld om de observaties van de coaches te bevestigen.


      Als er grote afwijkingen zijn tussen bovengenoemde indicatoren, wordt dit geanalyseerd en onderzocht.

      1. Onderzoek en analyse vindt eerste instantie plaats door de coach zelf. De coach bedenkt interventies en past deze toe, zoals extra instructie.
      2. Vanuit groeiend eigenaarschap spreekt de coach met kinderen zelf tijdens coachgesprekken.
      3. Ouders worden meegenomen in de ontwikkeling van hun kinderen tijdens het kind-volg-gesprekken.
      4. Extra ondersteuning wordt aangeboden door de coaches in samenspraak met de Ondersteuningscoördinator.
      5. De kwaliteit van Basiswijs wordt besproken in de Kleine en Grote Schoolbespreking. De interventies en de voortgang worden besproken.



  10. 4.10. Ambities

    1. Ambities met betrekking tot onderwijs en ondersteuning
      Onderwerp Huidige situatie Proces en financiën Succescriteria Tijdpad
      Basiswijs doorontwikkelen inhoudelijk

      Basiswijs is nu vooral nog geent op taal- en rekenonderwijs. Dit mag nog doorontwikkeld worden om echt vanuit expressie en redeneren te kijken. Dit betekent specifieke dat taal als communicatie en expressiemiddel, waarbij kunst ook een uitingsvorm is

      Basiswijs verder uitwerken vanuit de domeinen 'expressie' en 'redeneren' ipv 'taal' en 'rekenen'. en dat het geïntegreerd, betekenisvol en bewegend is en blijft ook in de Wereld Woud en Weide.

      • Basiswijs leerlijnen zijn herschreven vanuit Expressie en Redeneren
      • Basiswijs bevat ook de gestuurde onderwijsactiviteiten op het gebied van kunst - expressie en redeneren & filosofie
      Onderwerp Huidige situatie Proces en financiën Succescriteria Tijdpad
      Ontwikkelpijlers uitwerken naar complete leerlijnen voor Wereld Water, Wereld Woud en Wereld Weide

      Ontwikkelpijlers zijn opgesteld voor de Wereld Water, maar nog niet voor de oudere kinderen

      Ontwikkelpijlers doorontwikkelen tot leerlijnen met kind gerichte leerdoelen

      alle ontwikkelpijlers zijn uitgeschreven in leerlijnen van Wereld Water, Wereld Woud en Wereld Weide

      2024 - 2026
      Onderwerp Huidige situatie Proces en financiën Succescriteria Tijdpad
      Gezonde maaltijd voor & door kinderen op de donderdagen

      Dit is nog niet aan de orde bij de start van het eerste schooljaar

      • Aantrekken structurele financiering voor aankoop
      • Aantrekken vrijwilligers die boodschappen willen doen / willen kijken voor & met kinderen
      • beeginnen met koken voor & met kinderen in het kooklokaal op donderdag

      Elke donderdag krijgen de kinderen op school naast hun eigen lunch ook vers bereid plantaardig voedsel, liefst uit eigen moestuin

      2023 - 2024
      Onderwerp Huidige situatie Proces en financiën Succescriteria Tijdpad
      Buitenwijs Burgerschap Serieus Game ontwikkelen

      Buitnwijs is een burgerschapsschool. Burgerschap is verweven in alle ontwikkelpijlers. Wij willen burgerschap niet als apart vak aanbieden, maar het juist door het jaar heen doorleven. Hierin komt de mini-maatschappij tot leven.

      Nu zijn er Burgerschaps modules ontwikkeld die aan een periode geklikt kunnen worden. Sommigen zijn meer ervaringsgericht dan anderen.

      • Verdiepen in serieus games
      • verdiepen in burgerschapsspellen en bestaande pakketten en methodes
      • Buitenwijs serieus game ontwikkelen voor Wereld Woud
      • Buitenwijs serieus game ontwikkelen voor Wereld Weide


      Kinderen op Buitenwijs ervaren dat ze in eerste instantie als burger, en in tweede instantie als scholier, worden aangesproken.

      2024 - 2025
      Onderwerp Huidige situatie Proces en financiën Succescriteria Tijdpad
      Het Buitenwijs KVS doorontwikkelen, digitaliseren en waar kan ook automatiseren

      Buitenwijs KVS is momenteel analoog. Voor goede inzichten in ontwikkeling en handzaamheid is een digitaal systeem wenselijk. Het selecteren en/of laten maken van een passend systeem voor buitenwijs; zowel voor volgen als voor plannen; ook juist door kinderen zelf, is een belangrijke ambitie

      • analoge KVS verder ontwikkelen voor Wereld Woud en Weide
      • Specificaties voor digitaal KVS opstellen
      • Marktonderzoek doen voor bestaande systemen vs. custom
      • Aanschaf/realisatie en inrichting

      Een digitaal KVS, Buitenwijs, wat vanuit de buitenwijs ontwikkelpijlers én de buitenwijs ruimtes (binnen & binnen) kinderen & coaches het overzicht in inzicht geeft in de eigen brede ontwikkeling, ook plannen vanuit het kind én vanuit de coach (dus op kind en op groepsniveau) mogelijk maakt. 

      2023 - 2027