Schoolplan 2019 2022
  1. 5.1. Missie en visie

    1. Onze missie:

      Wij willen de leerlingen voorbereiden op hun toekomst middels betekenisvol en uitdagend onderwijs dat een wezenlijke bijdrage levert aan het mens-worden van onze leerlingen. Onze leerlingen mogen ‘zijn’.

      Onze kernwaarden:     Samenwerken          Samen verantwoordelijk          Benutten van kwaliteiten          Samen ervaren van successen

      Onze visie: 

      De Klepper is een school: 

      • waar elk kind, elke ouder, elk teamlid zich gezien, gehoord en gewaardeerd voelt;
      • die kinderen zelfvertrouwen geeft en mede verantwoordelijk maakt voor hun eigen leerproces;
      • die zorgt voor ontwikkeling van kinderen door in te zoomen op de kwaliteiten van kinderen.


      We werken in een rijke, veilige leeromgeving waar kinderen samen en zelfstandig vanuit doelen spelend, ontdekkend, studerend en handelend leren.

      Door afstemmen van roosters, afspraken, routines en leerlijnen maken we een kader om middels kennis en gebruik van elkaars kwaliteiten te komen tot een gefundeerd groep overstijgend onderwijsaanbod. We bieden leerlingen kansen om op diverse werkplekken met en van elkaar te leren. Daarbij letten we expliciet op de doorgaande lijnen van kennis en basisvaardigheden die leerlingen volgen, en die we evalueren, bijstellen, vastleggen en borgen. We dragen gezamenlijk verantwoordelijkheid voor de zorg en het welbevinden van onze leerlingen. 

       


  2. 5.2. Van visie naar koers

    1. Maatschappelijke en technologische ontwikkelingen vragen om het continu aanpassen van onze aanpak. Onderwijs wordt meer op maat en tegelijkertijd inclusiever. Iedereen krijgt de kans om mee te doen, op zijn of haar eigen manier. Leren duurt een leven lang en dankzij digitalisering kan leren altijd en overal. Onder andere door de toenemende technologische mogelijkheden en de mate waarin dit invloed krijgt op onze maatschappij, is nu nog niet bekend welke kennis en vaardigheden onze leerlingen in de toekomst nodig hebben. Met sociale innovaties investeren wij in een leeromgeving die een platform vormt voor samenwerking tussen leerlingen, ouders, onderwijsprofessionals en tal van andere partners.

      Door de maatschappelijke en demografische omstandigheden te combineren met onze visie, ontstaat onze koers voor de komende planperiode.

      We zetten maximaal in op twee focuspunten:
      - Excellent in leren leren
      - Gemeenschappelijk organiseren

  3. 5.3. Excellent in leren leren ambities

    1. Ambities Excellent in leren leren
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Leren leren is geintroduceerd op alle scholen

      Regels en routines van de onderbouw worden middels een doorgaande lijn in de school doorontwikkeld naar zelfregulatie. Leerstrategieën zijn daarbij ondersteunend.

      In het schooljaar 2018 2019 is een stappenplan ontworpen voor de hele school. 

      Jaarlijks  introduceren en verankeren we twee leerstrategieën in het onderwijs.

      2019 - 2023
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel

      De SEO-methode KWINK (2018 2019) is schoolbreed en in alle groepen geïmplementeerd en er is zichtbaar sprake van transitie naar onderwijs- en vrije situaties om preventief te werken aan zelfregulatie binnen een veilige groep. 

      De volgende vijf competenties worden in een doorgaande lijn ontwikkeld:

      • Kennis hebben van jezelf
      • Besef hebben van de ander
      • Keuzes kunnen maken
      •  Zelfmanagement
      •  Relaties kunnen hanteren


      Het aanbod van SEO methodiek KWINK is verbonden met het het aanbod Rots en Water

      Projectgroep : monitoring en borging. 

      Opleiden KWINK-coach, die zorgt voor borging van de methode, stimuleert het enthousiasme van leerkrachten, houdt de kennis over SEL up-to-date, zorgt dat de jaarlijkse monitoring plaatsvindt en is verantwoordelijk voor ouderbetrokkenheid rondom dit onderwerp.

      Schoolbreed organiseren van 4 KWINK-momenten per jaar, samen met ouders

      Formuleren van succescriteria en cross-overs binnen de school.

      Het aanbod vanuit SEO-methode KWINK is beredeneerd verbonden met de vijf competenties, de resultaten van ZIEN en periodieke tussenevaluaties.




      2019 - 2023
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel

      Rots en Water methodiek (psycho-fysieke aanvulling op de SEO-methodiek) wordt in een doorgaande lijn aangeboden binnen de school. De taal en het gedachtengoed van Rots en Water is hoorbaar en merkbaar binnen de school en TSO.  

      De  SEO leerlijnen zijn per leerjaar gekoppeld aan het aanbod van Rots en Water . 

      Het basisaanbod Rots en Water voor de groepen is in een doorgaande lijn beschreven en wordt afgestemd op de ondersteuningsbehoeften van de groepen.

      Het team is geïnspireerd en geïnformeerd over Rots en Water.

      Ouders worden geïnformeerd en betrokken bij het Rots en Water aanbod.

      2019 - 2023
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel

      Taalonderwijs : 

      Alle leerlingen krijgen passend taalonderwijs op eenduidige en beredeneerde wijze. 

      Het taalonderwijs is beschreven in een taalbeleidsplan ( in ontwikkeling), w.o.:

      Onderbouwing taaldomeinen.

      Methodes en remediëring

      Onderwijsplannen spelling, technisch lezen, begrijpend lezen, woordenschat

      Taalonderwijs aan NT2 leerlingen


      De nieuwe taalmethode STAAL  wordt geïmplementeerd. 

      De onderwijsplannen zijn herkenbaar in de lespraktijk

      Deelname pilot 'Van racelezen naar redzaamheidslezen': afronden en vervolg bepalen

      Deelname onderzoek dyslexie en taalonderwijs: afronden en vervolg bepalen

      Voor NT2 leerlingen is een plannend beredeneerd aanbod en een passend monitoringsysteem.

      2019 - 2023
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel

      Rekenonderwijs

      Alle leerlingen krijgen passend rekenonderwijs op eenduidige en beredeneerde wijze. 


      Het rekenonderwijs is beschreven in een  onderwijsplan rekenen, w.o.:

      Methode, remediëring en verrijking

      Implementatie remediering methode  Numicon

      De methode Getal en Ruimte Junior wordt geëvalueerd

      2019 - 2023
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel

      Signalering van en passend aanbod  aan meer begaafde leerlingen middels DHH en vervolgstappen is geborgd.

      Voor alle leerlingen met behoefte aan meer uitdaging in hun onderwijsprogramma wordt een beredeneerd aanbod gerealiseerd.

      Het realiseren van een passend aanbod aan meer begaafde leerlingen is  geïntegreerd in het basisaanbod binnen de groepen

      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel

      Het team is gezamenlijk verantwoordelijk voor een passend aanbod en opbrengstgericht onderwijs aan alle leerlingen in alle groepen.


      Het reflecteren en analyseren van het effect en de resultaten van het gegeven onderwijs vindt achtereenvolgens structureel plaats op het niveau van school (team), groepsniveau (unit en samenwerkingsgroep), leerling (samenwerkingsgroep, leerkracht).

      Het instrument FOCUS-PO is  leidraad bij halfjaarlijkse evaluatiemomenten, middels een vast stappenplan. Deze werkwijze is geborgd in de organisatie

      2019 - 2021
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Leerlingen ontwikkelen zich op drie gebieden: leren leren, cognitief, sociaal-emotioneel

      Het vak Engels wordt in groep1 t/m 8  gegeven. De doorgaande lijn is beschreven en geborgd binnen  het onderwijs

      In het schooljaar 2018 2019 is het voorwerk gedaan. 

      In het schooljaar 2019 2020 gaan alle groepen op de beschreven wijze van start met Engels. 

      Tijdens de halfjaarlijkse evaluatiemomenten wordt de werkwijze geëvalueerd en waar nodig bijgesteld.


      2019 - 2021
  4. 5.4. Gemeenschappelijk organiseren ambities

    1. Ambities Gemeenschappelijk organiseren
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Groep overstijgend samenwerken

      Omstandigheden creëren met optimale mogelijkheden voor: 

      Passend onderwijs aan alle leerlingen.; eigenaarschap en betrokkenheid van leerlingen.

      Onderwijs middels spelend, onderzoekend en ontwerpend leren. 

      In 2018- 2019 is de start met name gemaakt in de onderbouw. 

      Het einddoel is niet concreet omschreven, maar wordt werkenderwijs vormgegeven binnen de eigen contexten, getoetst aan succescriteria. 

      Per periode worden concrete doelen gesteld



      2019 - 2023
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Leerkrachten werken groep overstijgend samen binnen een basisgroep

      Alle leerkrachten werken gedurende de lesdag structureel samen. Zowel binnen als buiten de basisgroep worden mogelijkheden gezocht en benut om onderwijs passend te maken.

      Alle leerkrachten starten het schooljaar vanuit een basisgroep (twee groepen en twee fte werken structureel intensief samen). 

      Per periode worden concrete tussendoelen gesteld.

      2019 - 2021
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Ontwikkeling professioneel kapitaal

      De schoolorganisatie is ingericht op duurzame kwaliteitsontwikkeling: samen leren en ontwikkelen vanuit  de lespraktijk: dit hoort bij de cultuur van de schoolorganisatie.

      Door de ontwikkeling van het ‘professioneel kapitaal’ (omstandigheden creëren voor professionele dialoog, gezamenlijk stellen van doelen, waarnemingen uitwisselen en gezamenlijk betekenis geven, samen lessen voorbereiden, geven en evalueren) wordt een impuls gegeven aan duurzame kwaliteitsontwikkeling;

      Faciliteren van overlegmomenten. 

      Ruimte maken in de jaarplanning om beredeneerde initiatieven te nemen, in de richting van het doel, die passend zijn bij de onderwijsdoelen en de populatie.  

      2019 - 2023
  5. 5.5. Overige ambities

    1. Overige ambities
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      ICT vaardigheden

      ICT ondersteunt het onderwijs en het leren van de leerlingen. Leerlingen zijn ICT-vaardig en mediawijs.

      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Pilot 'Van racelezen naar redzaamheidslezen'

      Concrete onderbouwde interventies ondernemen om te komen tot betekenisvol leesonderwijs binnen passend onderwijs.

      Op basis van de bevindingen van het onderzoek stellen we ons beleid rondom leesonderwijs al dan niet bij.


      In het schooljaar 2018 2019 ingestapt in de landelijke pilot 'Van racelezen naar redzaamheidslezen' (zie bijlage)

      2019_Van_racelezen_naa....docx

      Motivatie_deelname_ond....pdf

      2019 - 2020
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Deelname onderzoek dyslexie

      Duidelijkheid over oorzaak relatief hoog aantal leerlingen met een dyslexieverklaring. 

      Op basis van de bevindingen van het onderzoek stellen we ons beleid rondom leesonderwijs al dan niet bij.

      In samenwerking met de gemeente en met Passend Onderwijs is een onderzoek gestart naar dyslexie / leesonderwijs. 

      Gedurende het schooljaar 2018 2019 en het schooljaar 2019 2020 wordt het leesonderwijs aan  enkele leerlingen in het dyslexieprotocol en hun ontwikkeling op ht gebied van lezen  intensief gevolgd. 

      Op basis van de bevindingen van het onderzoek stellen we ons beleid rondom leesonderwijs al dan niet bij.


      Presentatie_SKOZOK_10_....pdf

      Planning_SKOzoK-Affect....pdf

      2019 - 2020
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Communicatie (uit tevredenheidsonderzoeken)

      De communicatie

      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Ouderbetrokkenheid
      Onderwerp Einddoel Proces Tijdpad
      Schoolplein (uit tevredenheidsonderzoeken)
  6. 5.6. Schoolpopulatie

    1. De kenmerken van onze leerlingpopulatie hebben we in kaart gebracht, om ons aanbod voor de komende jaren zo optimaal mogelijk af te stemmen. Daarbij gaan we uit van verschillen; wat doen we voor deze kinderen om de beoogde einddoelen te behalen? 

      Onderwijsbehoeften van leerlingen worden waar mogelijk geclusterd. Leerkrachten werken daartoe groep overstijgend samen.

      2019_Klepper_leerlingp....pdf

  7. 5.7. Schoolondersteuningsprofiel

    1. In het schoolondersteuningsprofiel kunt u lezen wat de karakteristieken zijn van het onderwijs op basisschool de Klepper. Mocht u daarover meer informatie wensen, of anderszins vragen hebben over de mate waarin onze school kan voldoen aan de onderwijsbehoefte van uw kind, neemt u dan a.u.b. contact op met de school

      SKOzoK_SOP_Klepper_!.pdf

      Verklarende_woordenlij....pdf

  8. 5.8. Schoolbeeld / schoolambitie

    1. Het schoolbeeld in de didactische opbrengsten van ons onderwijs .
      In de  volgende  cirkeldiagrammn treft u een beeld aan van de gemiddelde opbrengsten van de afgelopen drie jaar. Dit op de volgende gebieden: DMT(technisch lezen) Rek-Wisk (rekenen) Spelling en BL (begrijpend lezen).  U ziet de verdeling over de niveauwaarden I tot en met V. Een verdeling van 20% per niveauwaarde geldt als de gemiddelde score.

       

      Hieronder wordt de ambitie aangegeven met betrekking tot de onderwijsopbrengsten :






  9. 5.9. Schoolaanbod (onderwijstijd, vakken, burgerschap)

    1. Alle groepen van bs de Klepper maken 940 lesuren per schooljaar.

      Onze lestijden: 

      Maandag                8.30 - 12.00                13.00 - 15.15 uur

      Dinsdag                  8.30 - 12.00                13.00 - 15.15 uur

      Woensdag             8.30 - 12.15 

      Donderdag           8.30 - 12.00                 13.00 - 15.15 uur

      Vrijdag                    8.30 - 12.15 uur   


      In 2017 is de Klepper gestart met de ontwikkeling van groeps-overstijgend samenwerken binnen units. 

      Redenen hiervoor:

      De opdracht van Passend Onderwijs brengt een groeiende behoefte aan differentiatie en afstemming met zich mee. Dit vraagt om meer flexibele organisatievormen. Het jaarklassensysteem heeft hierin haar grens bereikt.

      Het team van de Klepper wil de motivatie en betrokkenheid van leerlingen bij het leren vergroten, o.a. door andere en meer flexibele organisatie van het onderwijs.

      Door de ontwikkeling van het ‘professioneel kapitaal’ (omstandigheden creëren voor professionele dialoog, gezamenlijk stellen van doelen, waarnemingen uitwisselen en gezamenlijk betekenis geven, samen lessen voorbereiden, geven en evalueren) wordt een impuls gegeven aan duurzame kwaliteitsontwikkeling;

      Met een dreigend lerarentekort in het vooruitzicht is het raadzaam om de organisatie flexibel en minder kwetsbaar te maken ( door gezamenlijk verantwoordelijk te zijn voor een groep leerlingen);

      Units en samenwerkingsgroepen

      Er wordt gewerkt binnen 3 units  (1-2-3,    4-5-6,     7-8)

      Onder een unit verstaan we twee of meer groepen die,  vanuit één weekplanning werkend, in samenwerking mogelijkheden vergroten om  passend onderwijs te bieden. Een heldere structuur en klassenmanagement is hiervoor de voorwaardelijke basis, samen met een veilig groepsklimaat.

      Binnen een unit bestaan samenwerkingsgroepen. 

      Onder een samenwerkingsgroep verstaan we twee groepen en minimaal twee leerkrachten die gezamenlijk verantwoordelijk zijn voor de leerlingen en het onderwijs.


    2. Vakken

      In unit 1-2-3 lig het accent op spelend en groepsoverstijgend leren vanuit thematisch onderwijs.

      Sociaal-emotioneel leren is structureel opgenomen in het lesprogramma in alle groepen en wordt in de dagelijkse schoolpraktijk verweven.

      Routines worden in de onderbouw aangeleerd en middels een doorgaande lijn in de school ontwikkeld tot zelfregulatie bij leerlingen: hiertoe worden de leerstrategieën aangeleerd en ingezet.

      Unit 1-2-3 : spelend en samenwerkend leren

      Leerlingen van groep 1,2 en 3 zitten brengen de schooldag in wisselende samenstellingen samen door. Daarnaast zijn er geplande tijden voor het ontmoeten en samen leren van en met jaargenootjes. Er is veel aandacht voor routines en regelmaat. Jonge kinderen leren al doende tijdens hun spel. Wij sluiten daarbij aan door het inrichten van de leeromgeving en het doelgericht geven van instructies en begeleiding. Er is dagelijks  aandacht voor woordenschatonderwijs,  ruimtelijke oriëntatie en motorische en zintuiglijke ontwikkeling. Heel belangrijk zijn ook de sociale en emotionele vaardigheden die bijna overal een rol spelen.

      Vaak werken we rondom een thema, omdat in de wereld van het jonge kind vaak alles met alles samenhangt. Betrokkenheid en betekenisvolle leersituaties vormen de basis van het leren in unit 1-2-3. Kinderen leren zowel in het lokaal als op het leerplein. Het leerplein is ingericht in de centrale hal en bestaat uit allerlei betekenisvol ingerichte hoeken passende bij het thema.  Lichamelijke oefening komt in de kleutergroepen dagelijks aan bod. Er wordt volop gespeeld op het speelterrein en in het speellokaal. Er is op veel verschillende manieren ruimte voor de zelfstandige verwerking op niveau. Hierbij wordt eveneens het leerplein ingezet. 


      Taalonderwijs

      Uitgangspunt is HGW & behoefte aan interactief taalonderwijs: Het leren van taal is een sociaal leerproces. Het leren vindt plaats in een voor kinderen betekenisvolle context. Daarbij is het van belang dat kinderen strategieën verwerven die hen leren hoe ze bepaalde taalproblemen op een efficiënte manier kunnen oplossen. Wij vinden dat taalonderwijs geïntegreerd moet zijn in alle vakken.

      Vier niveaus van taalvaardigheid zijn in 2010 wettelijk vastgelegd in het referentiekader taal, beginnend bij eind groep 8. Deze niveaus heten referentieniveaus. Het zijn gewenste leer- en onderwijsopbrengsten die leerkrachten, inspectie en uitgevers houvast bieden bij het bepalen, volgen en stimuleren van de ontwikkeling van leerlingen. Samen leveren ze doorlopende leerlijnen taal op, van groep 1 tot en met het afronden van een (beroeps)opleiding.

      Het basisonderwijs werkt van groep 1 tot en met 8 toe naar de eerste twee niveaus, 1F en 1S/2F. Zo draagt u bij aan de succesvolle ontwikkeling van taalvaardigheid van een kind.

      De referentieniveaus taal zijn opgebouwd uit de taaldomeinen:

      1, Mondelinge taalvaardigheid met de subdomeinen: gespreksvaardigheid, luistervaardigheid en spreekvaardigheid;

      2. Leesvaardigheid met de subdomeinen: lezen van zakelijke teksten en lezen van fictionele, narratieve en literaire teksten;

      3. Schrijfvaardigheid

      4. Begrippenlijst en taalverzorging.

      Mondelinge taalvaardigheid

      Mondelinge vaardigheden zijn nodig om in de samenleving te functioneren: thuis, op school, onderweg, in een groep, een winkel, op het werk. Naar anderen luisteren, deelnemen aan een gesprek, je mening kenbaar maken, een boodschap overtuigend overbrengen, een gerichte vraag om informatie stellen. Bovendien is mondelinge taalvaardigheid de basis van schriftelijke taalvaardigheid.

      Doel

      Het doel van onderwijs in mondelinge taalvaardigheid is dat kinderen effectief en sociaal met elkaar communiceren. Ze leren hoe ze zich moeten opstellen in een gesprek, zich goed uitdrukken, presentaties houden, luisteren naar presentaties en reflecteren op de vorm en mogelijkheden van taal en communicatie.


      De verschillende leerlijnen beïnvloeden elkaar: zo is een goede woordenschat nodig om je mondeling uit te drukken en moet je taal goed gebruiken bij een effectief gesprek.

      Kinderen ontwikkelen hun taalvaardigheid in communicatie met anderen. Bij mondelinge taalvaardigheid gaat het om drie aspecten;

      • Gesprekken: Door gesprekken te voeren breiden kinderen hun communicatieve vaardigheden uit. Maar dat niet alleen: tegelijkertijd werken ze aan de ontwikkeling van kennis, denken en sociale vaardigheden.

      • Luisteren: Door te luisteren ontwikkelen kinderen de vaardigheid om uit een vertelde tekst informatie of een boodschap te halen. Ze werken bovendien aan de ontwikkeling van hun denken en sociale vaardigheden. Luisteren is immers onderdeel van een interactie met gedeelde aandacht waarbij luisteren en spreken elkaar afwisselen. Kinderen leren hun aandacht steeds langer richten als een ander een tekst of verhaal voorleest of vertelt.

      • Spreken: Met vertellen en presenteren voor een groep werken kinderen aan hun taalvaardigheid, sociale vaardigheden, uitdrukkingsvaardigheid, denken en literaire ontwikkeling.

      Leesvaardigheid (2)

      Lezen is een basisvaardigheid in onze maatschappij. Op school, thuis, onderweg, in het vervolgonderwijs, op het werk. Er komt veel bij kijken: woordenschat, technisch lezen, lezen vanuit een bepaald doel, strategisch lezen, lezen voor je plezier.

      Lezen: meer dan de methode

      Taal- en leesmethodes dragen in belangrijke mate bij aan het bereiken van een voldoende leesvaardigheid. Maar er is meer. Ook een prikkelende leesomgeving en interactie met en tussen leerlingen zijn voor de ontwikkeling van leesvaardigheid van belang.

      Subdomeinen

      • Lezen van zakelijke teksten: Zakelijke teksten zijn teksten uit de dagelijkse omgeving, zoals etiketten, artikelen in kranten, reclames, brieven, een instructie, een verslag.

      • Lezen van fictionele, narratieve en literaire teksten: Deze teksten zijn te vinden in prentenboeken, leesboeken, (voorlees)verhalen en gedichten. Dit zijn expressieve teksten, die tot doel hebben een kind plezier te laten beleven, zijn kennis van de wereld te vergroten en normen en waarden te ontwikkelen


        Schrijfvaardigheid (3)

      Schrijven is een basisvaardigheid om te kunnen functioneren en communiceren in het dagelijks leven. Op school en het werk, thuis en in het sociale leven.

      Er komt veel bij kijken: technisch schrijven, woordenschat, spelling, strategisch schrijven, schrijven om informatie te ordenen. Daarnaast is schrijven ook een vorm van expressie waaraan kinderen veel plezier kunnen beleven.

      Schrijven: meer dan de methode

      Taal-, schrijf- en spellingmethodes dragen in belangrijke mate bij aan het bereiken van een voldoende schrijfvaardigheid. Maar ook een uitdagende schrijfomgeving in de klas en de stimulans van de leerkracht zijn belangrijk bij de ontwikkeling van schrijfvaardigheid.


      Begrippen, taalverzorging en taalbeschouwing (4)

      Spreken, lezen en schrijven zijn basisvaardigheden in het taalonderwijs. Kennis over taal is een overkoepelende, integrale voorwaarde voor taalonderwijs. Bij schrijven en spreken is er een aanvullende vaardigheid: taal correct toepassen. Basistaalbegrippen die leerlingen moeten kennen zijn bijvoorbeeld woord, letter, komma, bladzijde, mening, lettergreep en klemtoon. Bij schrijven en spreken is kennis over regels nodig om taal correct toe te passen. Dat zijn spelling- en interpunctieregels bij schrijven. Bij spreken is er aandacht voor correct formuleren.

      Beter leren door reflecteren

      Als leerlingen zich bewust zijn van en kunnen reflecteren op de structuur en betekenis van taal, helpt hen dit bij andere vaardigheden als begrijpend en technisch lezen en spellen. De leerkracht vervult hierin een stimulerende rol.

      Subdomeinen

      Begrippen: Kinderen moeten in taalonderwijs basisbegrippen kennen om het onderwijs in schrijven, lezen en mondelinge taalvaardigheid te kunnen volgen. Het gaat hierbij om woorden die te maken hebben met de structuur van woorden en zinnen, grammatica, betekenis van taal, opmaak en betekenis van tekst en klanken. Voorbeeldbegrippen zijn punt, klinker, medeklinker, woord, zelfstandig naamwoord, lettergreep, voorzetsel, feit, letterlijk, spreekwoord, verkleinwoord, hoofdletter, klank en klemtoon.

      Taalverzorging: Kinderen moeten in taalonderwijs regels en begrippen kennen om taal schriftelijk en mondeling correct toe te passen. Het gaat om regels voor het foutloos toepassen van de juiste uitspraak en spelling van woorden en van het op de goede manier toepassen van leestekens.


      Rekenonderwijs

      Het rekenonderwijs is beschreven in het 'onderwijsplan rekenen'. Hierin kunt u lezen hoe het rekenonderwijs wordt vormgegeven, en hoe de school eraan werkt om goede rekenaars op te leiden.  (Zie bijlage)


      Daarnaast richt ons onderwijs richt zich op:

      Zintuiglijke en lichamelijke ontwikkeling

      Engelse taal, in alle groepen

      Wereldoriëtatie, geschiedenis, en  natuur, waaronder biologie en techniek

      Leren leren (leerstrategieën)

      Expressie, muziek, cultuur

      Bevordering sociale redzaamheid, waaronder gedrag in het verkeer

      Bevordering van gezond gedrag

      Schoolveiligheid en welbevinden

      Bevordering actief burgerschap en sociale integratie van leerlingen, kennismaking met diversiteit van de samenleving.



















      2019_Onderwijsplan_rek....docx

    3. Burgerschap is de manier waarop mensen deelnemen aan de maatschappij. In Nederland is dat met respect voor elkaar, voor de democratie en de rechtstaat en voor de vrijheden die iedereen heeft. Die gemeenschappelijke waarden zijn van belang om met allerlei verschillende mensen vreedzaam samen te leven.
      Kinderen kennen deze waarden niet vanzelf: die moeten worden onderwezen en onderhouden. Naast de ouders leveren wij daar, als school, ook een belangrijke bijdrage aan.
      Burgerschapsvorming kent voor ons een zestal uitgangspunten:
      - een veilige en open sfeer creëren: leerlingen mogen zichzelf zijn
      - uitgaan van kernwaarden als verdraagzaamheid en solidariteit
      - aandacht voor het stellen van vragen aan elkaar, bewust luisteren naar elkaar luisten en open staan voor elkaars standpunten
      - de wereld met de school verbinden: aandacht hebben voor gebeurtenissen in het leven van onze leerlingen en actuele maatschappelijke thema's (passend bij de leeftijd)
      - de democratie: ervaringen opdoen met rollenspelen, het formuleren van argumenten en oefenen met debatteren.

  10. 5.10. Schoolresultaten

    1. Scores CITO eindtoets laatste vier schooljaren

      Bij de landelijke eindtoets zagen de scores van basisschool de Klepper er als volgt uit:

    2. Cognitief (eindtoets afgelopen vier jaar)

  11. 5.11. Kwaliteitszorg

    1. HGW

      Binnen ons onderwijs werken we handelingsgericht (HGW). Door op deze manier te werken, beogen wij de kwaliteit van ons onderwijs en de begeleiding van al onze leerlingen te verbeteren. HGW maakt adaptief onderwijs en doeltreffende leerlingbegeleiding concreet, zodat het team effectief kan omgaan met verschillen tussen leerlingen. HGW is een planmatige en cyclische werkwijze waarbij we de volgende zeven uitgangspunten toepassen.

      • De onderwijsbehoeften van kinderen staan centraal: wat heeft een kind nodig om onderwijsdoelen te behalen? 
      • Het gaat om afstemming en wisselwerking: het gaat niet alleen om het kind, maar om het kind en de wisselwerking met zijn omgeving. Het gaat om het kind in deze groep, bij deze leerkracht, op deze school en van deze ouders.
      • De leerkracht doet ertoe: de leerkracht realiseert passend onderwijs en levert daarmee een cruciale bijdrage aan een positieve ontwikkeling van de kinderen
      • Positieve aspecten zijn van groot belang: van zowel kind, leerkracht, school, de groep en ouders. Positieve factoren bieden aanknopingspunten voor het stellen van ambitieuze doelen en om een succesvol plan van aanpak te kunnen uitvoeren.
      • We werken constructief samen: samenwerking tussen leerkracht, kind, ouders interne en externe begeleiders is noodzakelijk om een effectieve aanpak te realiseren.
      • Ons handelen is doelgericht: het team formuleert korte- en lange termijndoelen voor het leren, de werkhouding en het sociaal-emotioneel functioneren van alle kinderen en evalueert deze in een cyclus van planmatig handelen. 
      • De werkwijze is systematisch, in stappen en transparant: het is voor betrokkenen duidelijk hoe de school wil werken en waarom.


      Wij volgen de ontwikkeling van de leerlingen gedurende de gehele basisschooltijd. In de groepen 1 en 2 en 3 registreert de leerkracht de ontwikkelingen van elke leerling in Kijk! Observaties, die o.a. worden verkregen door naar de leerlingen te kijken en met ze te werken, staan daarin centraal. We maken daarbij gebruik van hulpmiddelen, die vanuit basisontwikkeling zijn aangereikt.
      In de groepen 3 t/m 8 maken de leerlingen twee maal per jaar de landelijke Cito-toetsen voor de vakgebieden lezen, rekenen, spelling en woordenschat. Eenmaal per jaar is er een toets voor begrijpend lezen. Daarbij wordt 2 keer per jaar de sociaal emotionele ontwikkeling van onze leerlingen in kaart gebracht met behulp van het invullen van observatielijsten door gebruik te maken van het instrument Zien!. Alle resultaten van de toetsen en de observatielijsten worden digitaal bewaard in ons leerling- en onderwijsvolgsysteem Parnassys. Door middel van de resultaten vanuit de toetsen, de methodegebonden toetsen en de observaties vanuit de dagelijkse praktijk in de unit, hebben we de onderwijsbehoeften van alle leerlingen in beeld. Door middel van het evalueren en analyseren van toetsgegevens en het interpreteren van de informatie vanuit de observaties, volgen wij alle leerlingen om hen zo goed mogelijk te begeleiden en te stimuleren in hun ontwikkeling. Drie keer per schooljaar houdt de kwaliteitsondersteuner een groepsbespreking met de leerkrachten van alle units. Hier wordt gesproken over de groep als geheel, de inhoud van het onderwijs en individuele leerlingen. Aan het einde van elk schooljaar stellen we een week centraal voor de groepsoverdracht naar het nieuwe schooljaar zodat alle leerlingen 'warm' aan de nieuwe leerkracht worden overgedragen.


      OPBRENGSTGERICHT PASSEND ONDERWIJS


      Op school werken we met de 6 uitgangspunten van 'Opbrengstgericht Passend Onderwijs'; OPO
      Onderwijs moet er op gericht zijn om opbrengsten te generen; leer- en ontwikkeldoelen behalen. Leerlingen moeten veel leren. Bovendien moet het onderwijs dat gegeven wordt passend zijn bij de leerlingen die het krijgen.

      de uitgangspunten:
      VAN EIND NAAR BEGIN
      De schoolambitie bepaalt hoe de onderwijsbehoeften eruitzien en deze bepalen het onderwijsprogramma.
      Leerling populatie bepaalt (mede) de onderwijsbehoeften.

      SCHOOL > GROEP > LEERLING
      Het onderwijsprogramma is geschreven voor de hele school, om alle leerlingen te bedienen. Als op groepsniveau aanpassingen nodig zijn, worden die gemaakt (niet iedere groep is immers hetzelfde), daarna kan er nog gekeken worden naar aanpassingen op individueel niveau.

      MIDDENMOOT ALS VERTREKPUNT
      De middenmoot van de leerling populatie op school- en groepsniveau is leidend voor het onderwijsprogramma (de middenmoot wordt gevormd door 60% van de leerlingen).
      Deze middenmoot bepaalt ook of er een aanpassing op groepsniveau wenselijk is t.o.v. het onderwijsplan op schoolniveau.

      OVEREENKOMSTEN IN ONDERWIJSBEHOEFTEN
      Onderwijs wordt gegeven aan groepen leerlingen met gemeenschappelijke kenmerken en onderwijsbehoeften. Onderwijs is een groepsproces waarin leren van/met elkaar en het aanleren van coöperatieve vaardigheden centraal staat.
      Het geeft ook een saamhorigheidsgevoel.
      Individueel onderwijs is niet nodig noch wenselijk.

      EERST CONVERGENT DAN DIVERGENT
      Binnen ons onderwijs werkt een groep leerlingen aan 'één set van doelen', middels verschillende aanpakken (basis, verrijkt of intensief). Pas als divergente aanpak wenselijk wordt (bijv. omdat een leerling vergaande verrijking of intensivering nodig heeft) kan divergente differentiatie ingezet worden.
      Dit houdt in dat er grofweg drie groepen zijn in de klas die allen werken aan min of meer dezelfde doelen; de basisgroep, de groep die meer uitdaging nodig heeft en de groep die extra instructie/oefentijd nodig heeft. Sporadisch zijn er dan nog leerlingen die aan een aparte set doelen werkt, hetzij aan de boven, hetzij aan de onderkant.

      RESPONS OP INSTRUCTIE
      Elke groep laat een reactie op het onderwijsprogramma zien (respons). Deze onderscheiden we in drie onderdelen:
      - vaardigheidsgroei (om het halfjaar gemeten middels de Cito-toetsen).
      - leerdoelbeheersing (gemeten bij methodetoetsen en observaties).
      - betrokkenheid (dit heeft te maken met leergemak versus leerpijn).
      Dit checken we ieder half jaar en geeft ons richting aan de te volgen koers; als de respons voldoende is, gaan we door met wat we deden. Als de respons onvoldoende is, dan gaan we op zoek naar de oorzaak en de oplossing. Dit doen we eveneens eerst op schoolniveau, dan op groepsniveau en dan op leerlingniveau.

      nk naar toetskalender + korte toelichting op schoolniveau: hoe volgen we de leerlingen (welke systemen)?

  12. 5.12. Resultaten tevredenheidsonderzoek

    1. In de periode januari-februari 2019 is een tevredenheidspeiling uitgezet onder leerlingen en ouders. 

      Via de link komt u bij een samenvatting van de resultaten. 



    2. In de periode januari-februari 2019 hebben we een tevredenheidspeiling uitgezet onder onze ouders en leerlingen uit onze groepen 5 t/m 8.

      Hieronder komt u via de link naar een samenvatting van de resultaten.

      Tevredenheid_Leerlinge....pdf

      Tevredenheid_ouders_Kl....pdf